De griffierskring West-Brabant/Tholen organiseerde begin september ‘Vernieuwing in de lokale democratie en de rol van het raadslid’. Deze bijeenkomst diende ter inspiratie van de 170 aanwezige raadsleden.
Centraal stond de rol als raadslid te midden van maatschappelijke ontwikkelingen zoals digitalisering, burger- en overheidsparticipatie en nieuwe vormen van democratie. Met de bijeenkomst hielpen de griffiers de raadsleden te verkennen hoe ze in het licht van voornoemde ontwikkelingen in hun rol het meest effectief kunnen zijn. In dit artikel een weergave van de bespiegelingen op het thema van Pieter Tops, hoogleraar bestuurskunde aan Tilburg University en de praktijkervaringen van Jaap Paans, burgemeester van Alblasserdam.
Goede balans
Tops sprak zijn bewondering en waardering uit voor raadsleden. “Het zijn mensen die het lef hebben de lokale politieke arena in te stappen.” Zijn bewondering is ingegeven door drie zaken die voortdurend aanwezig zijn in de discussie over democratie.
In de eerste plaats is een gemeenteraad een van de weinige organisaties waar het met elkaar oneens zijn de norm is. Als je het met elkaar altijd eens bent heb je een probleem. Ten tweede is de gemeenteraad geen hiërarchische organisatie. Als derde punt noemde Tops dat macht en inhoud op een ingenieuze manier door elkaar lopen waarbij continu op een ordentelijke wijze gezocht moet worden naar een goede balans tussen beide. Gaat het namelijk alleen om macht dan zijn de verhoudingen stuk. Gaat het alleen om de inhoud dan zijn vergaderingen dodelijk saai. Orde wordt georganiseerd door de procedures die met elkaar worden afgesproken. In de gemeenteraad kun je hard en streng zijn, als je na afloop de verhouding maar herstelt bij de borrel.
Bewieroking individualisering
Essentie van het raadswerk is maatschappelijk conflicten tot tijdelijke afspraak te brengen. In de visie van Tops moet je politieke democratie naast maatschappelijke democratie laten functioneren en niet in de plaats van. Om deze visie te onderbouwen greep Tops terug naar de historie. “Al eeuwen heeft Nederland maatschappelijke besturen die prima naast de representatieve democratie functioneren. In de jaren zeventig, tachtig en negentig van de vorige eeuw zijn deze maatschappelijke besturen tijdelijk teruggedrongen omdat de politiek het primaat claimde en burgers zag als klanten. Daarnaast vond een bewieroking van de individualisering plaats.” Hierdoor werd de ruimte voor maatschappelijke democratie naast de politieke democratie steeds beperkter. Echter: “democratie is gebaseerd op het idee van gemeenschap. Een politieke democratie kan niet vitaal zijn zonder maatschappelijk leven. Als het maatschappelijk leven afwezig is, wordt de politiek schraal en wordt de burger gelegitimeerd om alle problemen op het bord van de overheid te gooien”.
Ten slotte wees Tops er op dat het echte probleem van onze democratie niet op politiek terrein maar op sociaal terrein ligt. Er ontstaan nieuwe maatschappelijke scheidslijnen die leiden tot populisme. Populisme definieert hij net als David van Reybrouck als: “het verlangen van groepen om ook mee te kunnen doen aan politiek.”
Samenlevingsagenda
Jaap Paans lichtte vervolgens zijn praktijkervaringen in Alblasserdam toe. De gemeenschap is erg betrokken met elkaar, ondanks de twintig kerken die vinden dat ze toch echt van elkaar verschillen. Er is een samenlevingsagenda opgesteld die zoals het woord al zegt door de samenleving wordt uitgevoerd waarbij de gemeente een van de partners is.
Dit leidt tot veel nieuwe deelnemers aan de interactie tussen inwoners en gemeente. Desondanks werpt Paans de vraag op of de verbinding op het sociale vlak wel goed tot stand is gekomen. Zo’n 29 procent voelt zich namelijk niet vertegenwoordigd door de gemeenteraad. Centrale vraag voor Paans is hoe je de samenleving als geheel bedient.
Samenwerking vormgeven
Aan het begin van deze raadsperiode bespraken college en raad hoe de samenwerking met de samenleving en met elkaar vormgegeven moest worden. De conclusies waren dat geïnvesteerd moest worden in de relaties binnen de raad en de relatie raad-college.
Ook werd geconcludeerd dat ruimte gegeven moet worden om bepaalde taken samen met de samenleving te doen en andere gewoon over te laten aan de samenleving. Hierbij moeten verwachtingen worden gedeeld en het speelveld worden afgebakend door bijvoorbeeld een maximaal budget te bepalen. Het moest een continu proces worden van het voeden van de thema’s van de samenlevingsagenda waarbij vertegenwoordigers uit alle segmenten worden betrokken.
Paans: “Dit proces loopt prima. Waar we echter tegenaan lopen is dat we aan de voorkant niet hebben afgesproken welke rol de raad in het proces heeft en welke informatiebehoefte bij de raad leeft. De raad is tevreden over de samenlevingsagenda maar de invulling van hun eigen rol baart ze zorgen.”
Ten slotte had Paans de volgende tips:
– regel het niet aan de voorkant dicht, maar ga steeds in dialoog;
– maak duidelijke afspraken over de rol die de raad speelt wanneer de samenlevingsagenda wordt uitgevoerd;
– werk aan een meervoudige democratie waarbij de formele en de informele democratie met elkaar in verbinding worden gebracht.
In workshops, waarover meer in het volgende nummer van RaadsledenNieuws, werden verschillende onderdelen concreet uitgediept. Hierna gingen raadsleden geïnspireerd naar huis in het besef dat de lokale democratie aan zet is.
Wim Voeten, raadsgriffier gemeente Etten-Leur
wimvoeten@etten-leur.nl
@wimvoeten
Geef een reactie