In 2024 stijgt het woningtekort verder naar 4,9 procent, blijkt uit de nieuwe Primos-prognose. Het kabinet wil daarom structureel 100.000 woningen per jaar gaan bouwen. Onderzoek van ABF Research laat zien dat dit mogelijk is.
Het grote woningtekort belemmert de bestaanszekerheid van veel groepen in de samenleving. De nieuwbouwproductie moet daarom verder omhoog. De situatie hiervoor is volgens onderzoeken van ABF research verbeterd. Door betere economische omstandigheden zoals lagere hypotheekrentes en loonstijgingen, zal de woningbouw snel herstellen van de bouwdip in 2024 en 2025.
Voldoende plannen
Daarnaast is er voldoende plancapaciteit om de woningbouwopgave de komende jaren te realiseren. ABF Research inventariseert elk half jaar de gemeentelijke woningbouwplannen. Het aantal woningen dat gepland staat voor realisatie in de periode 2024 tot en met 2030, de zogenoemde plancapaciteit, is 1.058.600 woningen. Hiermee zijn er voldoende plannen om de bouwopgave, die het vorige kabinet met medeoverheden had afgesproken, te realiseren.
Pauzestand
Op 12 juli stuurde minister Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening een Aanbiedingsbrief met daarin de uitkomsten van 3 onderzoeken naar het woningtekort. Keijzer: ‘Het woningtekort blijft onverminderd groot. Het leven van veel mensen staat hierdoor in de pauzestand. Zo stellen jonge mensen het starten van een gezin uit, omdat er niet genoeg betaalbare woningen zijn. Dat moet anders. We moeten echt gaan bouwen voor al die mensen die op een huis wachten. Daarom staat in het hoofdlijnenakkoord dat het kabinet jaarlijks 100.000 nieuwe woningen wil realiseren.’
De komende tijd bespreekt Keijzer met alle betrokkenen – het Rijk, gemeenten, provincies, corporaties en marktpartijen – hoe ze hier samen werk van gaan maken. Gemeenten ondertekenden afgelopen februari al met 11 andere partijen de Uitvoeringsagenda Wonen en deden toen een oproep aan het Rijk om miljarden te verstrekken voor het vlottrekken van de woningbouw.
Aantal huishoudens groeit door
Voor de continuïteit van de woningproductie is het volgens Keijzer van groot belang dat bij alle betrokken partijen duidelijkheid bestaat over de omvang van de woningbouwopgave. Uit de Primos-prognose 2024 blijkt dat het aantal huishoudens blijft groeien. Doordat deze groei nog wat hoger ligt dan de toename van de woningvoorraad is het statistisch woningtekort iets toegenomen, namelijk van 4,8 procent in 2023 naar 4,9 in 2024. ‘De bouwopgave is en blijft dus urgent’, aldus de minister.
Meer woningen op komst
In zowel 2022 als 2023 zijn ongeveer 90.000 woningen per jaar gebouwd. In deze jaren vielen de economische omstandigheden voor woningbouw echter tegen. Plannen die in ontwikkeling waren liepen hierdoor vertraging op. Daardoor verwacht ABF Research dat de woningbouw in 2024 en 2025 alsnog terug zal lopen. De economische omstandigheden zijn inmiddels weer gunstiger. Daarom gaan de onderzoekers ervan uit dat de woningbouw in 2026 flink zal herstellen. In 2027 komen er naar verwachting zelfs meer dan 100.000 woningen bij.
Startbouwimpuls
De stimulerende maatregelen van de overheid, zoals de Startbouwimpuls, zorgen ervoor dat de terugval in de woningbouwproductie minder groot zal zijn dan eerder werd verwacht. Hierbij noemt ABF Research ook het geld vanuit het nieuwe kabinet. Hoopgevend is bovendien dat de CBS-cijfers over het aantal verleende bouwvergunningen hoger blijken dan meegenomen in de prognose.
Noord-Brabant en Zuid-Holland blijven achter
Plannen kunnen vertraging oplopen of uiteindelijk niet doorgaan. Daarom heeft het Rijk met provincies en gemeenten afgesproken dat zij zorgen voor 30 procent meer plancapaciteit dan nodig is voor realisatie van de bouwopgave. Nationaal gezien wordt hieraan voldaan, maar de provincies Noord-Brabant en Zuid-Holland blijven nog achter. Keijzer is hierover in gesprek met de provincies.
Bij Zuid-Holland is ten opzichte van de vorige rapportage sprake van een flinke toename, schrijft ze. De plancapaciteit was in deze provincie minder dan 100 procent, maar inmiddels is dit opgelopen naar 118, waardoor het gat met de afgesproken 130 procent flink kleiner is geworden. In Noord-Brabant is in het kader van de herijking van de woondeals eind mei afgesproken dat er tot 2030 26.000 woningen extra worden gebouwd. Dit moet zich echter nog vertalen in de plancapaciteit.
Geef een reactie