Duurzaamheidslabels kunnen volgens kenners een doel op zich worden. Zo dragen zij vaak niet bij aan duurzame bouw. “Willen we duurzaam bouwen of punten scoren?”
Aan het woord is Pim Peters, directeur van IMd Raadgevende Ingenieurs. “De vraag is: waar zijn de labels op gebaseerd.” Het bureau van Peters trekt in deze kwestie gelijk op met Atelier PRO, het instituut NIBE en moBius consult. In een gezamenlijke verklaring roepen zij op een einde te maken aan de “labelgekte” rond duurzaam bouwen.
De aanleiding is een duurzaam gebouw dat toch relatief laag scoorde volgens het label GreenCalc. Extra noodgrepen waren nodig om het label te krijgen. “We zeiden: waar zijn we mee bezig?” Het probleem: de focus ligt voor een groot deel op het scoren van punten en het zo behalen van de labels. Het middel wordt zo een doel op zich.
Wat moet er veranderen?
“De labels moeten in ieder geval op elkaar worden afgestemd”, zegt Peters. “Daar wordt aan gewerkt en dit wordt hopelijk dit jaar nog afgerond. Dan zijn de berekende uitkomsten hetzelfde. De vraag blijft dan wat je wel of niet meeneemt in de labels.”
Wat mist nog?
“Vooral de materialen. Eerst keken de labels vooral naar energieverbruik en CO2-emissie. Momenteel komt water- en materiaalgebruik daar langzamerhand bij. Dat is heel belangrijk, want de primaire grondstoffen raken op.”
Kan je voorbeelden geven van omissies in de labels?
“Ja. Voor een gebouw heb ik ooit gekozen voor een constructie van fsc-hout. Wel duurzaam, maar niet goed voor de score. Het vloersysteem is dan ook nog vrij eenvoudig te demonteren, afgestemd op het installatie-netwerk. Je kan het gebouw telkens opnieuw inrichten en het een andere functie geven. Zo wordt de levensduur langer; toch heeft dit weinig consequenties voor het wel of niet verkrijgen van een label.”
Moeten we anders maar stoppen met die labels?
“Nee. Het is goed om gebouwen met elkaar te vergelijken en zien wat de invloed is van bepaalde keuzen. Maar het moet geen doel op zich worden. Het is wat mij niet betreft niet de bedoeling om je tijd te besteden aan het behalen van labels. Wij willen duurzaam bouwen.”
Wat is het advies voor gemeenten?
“Gemeenten kennen het GPR-label, maar dit geldt voor alle labels: leg de nadruk op het voorontwerp. Ieder gebouw is uniek en je moet ook per locatie kijken wat de mogelijkheden zijn. De huidige labels kijken alleen naar de uitkomsten. Vervolgens wordt door bouwers aan allerlei knoppen gedraaid om de punten te scoren. Zo maak je keuzen om een label te krijgen, terwijl het de bedoeling is een duurzaam gebouw neer te zetten.”
Geef een reactie