Vertegenwoordigers van 62 overheidsorganisaties hebben vandaag hun handtekening gezet onder het Manifest Maatschappelijk Verantwoord Inkopen. Hiermee verplichten zij zich met veel scherpere eisen aan de duurzame inkoop van goederen en diensten dan voorheen.
Deze eisen variëren van effecten die de producten en diensten hebben op het milieu tot aan arbeidsomstandigheden in de fabrieken waar de producten worden gemaakt. Van het beton waarmee overheidsgebouwen worden gebouwd tot de kleding waarin gemeentelijke handhavers rondlopen of het papier dat in printers wordt gebruikt.
Wie betaalt bepaalt
Staatssecretaris Dijksma van het ministerie van Infrastructuur en Milieu: “Door de nieuwe afspraken krijgen alle overheden nu een middel in handen om bij inkoop van producten en diensten oog te hebben voor mens en milieu. Maatschappelijk verantwoord inkopen moet de norm worden. Want wie betaalt, die bepaalt.”
In de zomer van 2017 moeten de ondertekenaars met actieplannen laten zien welke inkoopcriteria zij gaan hanteren en hoe zij toetsen of de geleverde diensten en goederen ook duurzaam zijn. Dat hardere afspraken nodig zijn is bekend. Veel gemeentes voldoen, ondanks allerlei initiatieven, nog niet aan de gestelde norm om vanaf 2015 voor 100 procent duurzaam in te kopen.
Niet behaald
Ook de meest recente onderzoeken tonen weer aan dat het behalen van de doelstelling niet makkelijk is. Op 7 december kwam Greenpeace met de resultaten van onderzoek naar het inkoopbeleid voor levensmiddelen en sierteeltproducten van de tien grootste Nederlandse gemeenten. Geen van de gemeenten voldoet aan de afgesproken doelstelling. Uit onderzoek van Natuur & Milieu naar de duurzame inkoop van vervoer bij gemeentes bleek in november dat 82 procent van de Nederlandse gemeentes niet voldoet aan de afspraak.
Geef een reactie