Tijdens de Nationale Klimaattop ondertekenden bijna honderd partijen, waaronder gemeenten, provincies, Energie-Nederland, Enexis, Liander, Stedin, Programmabureau Warmte Koude Zuid-Holland en het HIER klimaatbureau het manifest ‘Aan de slag met wonen zonder aardgas’.
Daarmee geven zij aan concreet te beginnen met de transitie naar een aardgasvrije gebouwde omgeving. Het manifest wordt aangeboden aan minister-president Mark Rutte en staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Sharon Dijksma.
Dijksma: “Het initiatief van bijna honderd gemeenten, provincies en andere organisaties om te werken aan gasvrije huishoudens is mooi en tegelijk noodzakelijk. Nederland moet af van zijn verslaving aan fossiele energie. Er is veel winst te behalen in CO₂-reductie in woningen. Mensen in een groot aantal gemeenten kunnen er straks voor kiezen om energieneutraal te gaan wonen. Dat levert een flinke milieuwinst op en tegelijk ook een lagere energierekening.”
Gezamenlijke CO₂-reductie van vijf megaton
Een van de grootste consequenties van het klimaatakkoord van Parijs voor Nederland, is dat we gaan stoppen met het gebruik van aardgas in de gebouwde omgeving. Dat betekent dat ruim zeven miljoen huishoudens overgaan op andere manieren van verwarming, koken en het verwarmen van tapwater. Een enorme uitdaging. Gemeenten, provincies, energiebedrijven, netbeheerders, milieuorganisaties en lokale energie-initiatieven grijpen deze verandering aan om gezamenlijk de verduurzaming van Nederland te versnellen. De partijen kunnen samen vanaf 2030 een CO₂-reductie van ruim 5 megaton per jaar realiseren.
Grote veranderingen
De transitie naar een aardgasvrije gebouwde omgeving leidt voor veel bewoners tot grote veranderingen. Op dit moment is 86 procent van de Nederlanders nog niet op de hoogte van de noodzaak om te stoppen met het gebruik van aardgas voor de verwarming van woningen. Via de website www.hierverwarmt.nl worden bewoners geïnformeerd over de plannen in hun omgeving.
Met een wijkgerichte aanpak worden bewoners in de bestaande bouw betrokken bij de keuze voor alternatieven en wordt uiteindelijk de meest passende warmtevoorziening gekozen. In alle gevallen is besparing door middel van isolatie noodzakelijk. De partijen streven ernaar om er zo snel mogelijk voor te zorgen dat nieuwbouwwijken niet meer op aardgas aangesloten worden.
Door bundeling van krachten kunnen kostenreducties plaatsvinden zodat alternatieven voor aardgas steeds goedkoper worden. Daarom ontplooien de gemeenten, provincies, netbeheerders en energiecoöperaties activiteiten voor de overgang naar een aardgasvrije leefomgeving in samenwerking met woningcorporaties, bouwbedrijven en overige bewonersorganisaties. Omdat de aardgastransitie vele nieuwe vragen oproept, organiseren zij ook samen met deze partijen en andere overheden een professionele kennisontwikkeling en –deling, zowel op landelijk als lokaal niveau.
De regionale netwerkbedrijven ondersteunen gemeenten bij de transitie door onder andere relevante informatie over de gasnetten en de elektriciteitsnetten ter beschikking te stellen. Zo werken zij samen aan de meest optimale oplossingen voor een duurzame, veilige en betrouwbare energie-infrastructuur tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten.
Lokale energie-initiatieven spelen een aanjagersrol bij de transitie door samen met gemeenten plannen te ontwikkelen en bewonersorganisaties te betrekken en begeleiden in dit proces.
Geef een reactie