Voor oud-minister Willem Vermeend ligt de toekomst van bedrijvigheid ín de stad en niet daarbuiten. “Stop met herstructurering, investeer in de stad.”
Wat moet er direct veranderen in het bedrijventerreinbeleid?
“Stop met de herstructurering van bedrijventerreinen. Ik geloof niet in het verhaal van Peter Noordanus en zijn Taskforce (Her)ontwikkeling Bedrijventerreinen, en ik vind het verstandig dat het huidige kabinet zich terugtrekt uit die opgave. Ik wil het probleem echt niet bagatelliseren, maar je lost het niet op door er even een miljard euro in te pompen. Als je een trek naar de stad ziet, moet je niet investeren in de oude maakindustrie op bedrijventerreinen, want wat levert het op? Het is weggegooid geld, de markt wil het niet en daar heeft de markt gelijk in.”
Wat moeten gemeenten wel doen?
“De belangrijkste trend die je ziet is supersnel internet. En dan bedoel ik vele malen sneller dan nu gewoon is. Zodat je bij wijze van spreken een film van 45 minuten kan downloaden in één seconde. Dat lijkt nu voor heel veel bedrijven niet relevant, maar in de toekomst gaan steeds meer bedrijfsprocessen online. Die ontwikkeling is al zeker tien jaar aan de gang, maar je ziet nu door de opkomst van social media en webwinkels dat het onomkeerbaar is. Voor Nederland ligt daar een enorme kans. Wij hebben namelijk al heel snel internet en dat hoef je slechts te versterken. Volgens mij moeten gemeenten op bedrijventerreinen het allersnelste internet van de wereld aanleggen.”
Hebben we voor die bedrijvigheid bedrijventerreinen nodig?
“Nee, die tijd is voorbij. Snel internet kun je overal aanleggen, dus ook in de stad. Dat past bij een trend in de westerse wereld waarbij vooral kleine en middelgrote bedrijven naar steden trekken en het zogenoemde nieuwe internetwerken sterk zal toenemen. Internetgerelateerde bedrijven, veelal met personeel uit de internetgeneratie, hebben een voorkeur voor een vestiging in de bruisende binnenstad van steden, mits deze steden beschikken over supersnel internet. Bedrijven moet je daar flexibele huur bieden, want dat willen ze. De huurtermijnen die nu worden gehanteerd, zijn archaïsch. Jonge ondernemingen willen huurtermijnen van maximaal drie jaar.”
Als bedrijven naar de stad trekken, blijven er bedrijventerreinen over. Wat moeten we daarmee?
“Je zult zien dat er voormalige bedrijventerreinen overblijven en die gebruik ik voor de andere trend: duurzaamheid. Zonne-energie, of beter gezegd lichtenergie, wordt de toekomst en daar heb je ruimte voor nodig. En daarvoor kan je prima deze hectares gebruiken.’
Waarom doet niet iedereen dit?
‘Veel mensen vernieuwen niet graag. Maar bedrijventerreinen zijn ontwikkeld in een tijd waarin dát een goed idee was, maar die tijden zijn voorbij. Er zijn nog steeds gemeenten die de markt op gaan om bedrijven te acquireren op de manier waarop ze dat de afgelopen dertig jaar al deden. Maar die acquisitiebenadering is voltooid verleden tijd. Je haalt niets meer écht binnen, maar voor hooguit drie jaar.
Oud-ministerWillem Vermeend is hoofdspreker op het Nationaal Bedrijventerrein Congres 2011 op 29 september |
---|
Henk Duijn says
Het streven naar beheersbaarheid door co?rdinatie en taakverdeling blijkt steeds complexer en uit zich in de toename van bureaucratische structuren.
Wanneer de kleinschaligheid in door ICT verbonden netwerkorganisaties kan worden doorgezet, kun je vraagtekens plaatsen bij het nut van de wil van politici in de richting van schaalvergrotende activiteiten binnen Europa.