Gemeenten zijn gepasseerd bij het bedenken van nieuwe regels voor asbestverwijdering. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) kiest voor de traditionele arbo-insteek en mist zo kansen voor verbreding, innovatie en lagere kosten. Gemeenten zijn toch al kritisch op het haperende marktgestuurde stelsel.
De vernieuwing van het asbestverwijderingsstelsel moet vorm krijgen in het herziene Arbobesluit en -regelgeving en het Asbestverwijderingsbesluit uit 2005. De conceptregelgeving gaat binnenkort de consultatie in. Sinds medio 2019 is de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in gesprek met het ministerie van SZW, maar al die tijd aan het lijntje gehouden en niet bij de aanpassing van de regelgeving betrokken geweest. Pas eind juni dit jaar kwam het verzoek op de nog niet openbare concept-besluiten te reageren.
Vreemd
‘We vinden het vreemd niet eerder gevraagd te zijn om mee te schrijven,’ zegt wethouder Frans Veltman van de gemeente De Fryske Marren, namens de VNG bestuurlijk portefeuillehouder van het asbestdossier. ‘Gemeenten hebben een belangrijke rol bij dit onderwerp.’ De asbestregelgeving wordt van oudsher aangevlogen vanuit het ministerie van SZW. Maar het thema gaat veel breder dan alleen arbo en manifesteert zich bijvoorbeeld ook bij de energietransitie, betoogt Veltman. ‘Gemeenten werken aan hun warmtevisie. We gaan straks wijk voor wijk van het gas af. Huizen krijgen allerlei ingrepen, denk aan isolatie en aansluiting op duurzame warmtenetten. Er moet nog heel veel gebeuren. Dan is het een gemiste kans om niet het aanwezige asbest te saneren. Zo’n gelegenheid moet je niet voorbij laten gaan.’
Arbo
Het huidige instrumentarium is daar niet geschikt voor, en hetzelfde geldt voor de vernieuwde regelgeving die SZW in de maak heeft, aldus Veltman. ‘De blik is te nauw en te eenzijdig op arbo gericht. Als de conclusie is, dat we al het asbest in gebouwen moeten gaan verwijderen, is een integrale aanpak onvermijdelijk. Ook moeten we weten waar we het over hebben.’ De VNG drong al eerder aan op een verplichte asbestinventarisatie van huizen en gebouwen van vóór 1993, het jaar waarin een verbod kwam op het gebruik van asbest als bouwmateriaal.
Marktwerking
Gemeenten hebben nog meer kritiek op het bestaande stelsel voor asbestverwijdering. De marktwerking in de asbestketen is te ver doorgevoerd en de overheid heeft het nakijken, stelt de VNG in een brief aan SZW. Al jaren zijn de percentages overtredingen te hoog. De partijen die primair zijn aangesteld om problemen bij de wortel aan te pakken hebben het minst belang bij ingrijpen, omdat hun onafhankelijkheid niet goed is geborgd, constateert de gemeentekoepel. Het verwijderen van asbest is kostbaar, juist omdat in de meeste gevallen een professioneel bedrijf nodig is. De asbestsaneringsbranche vaart wel bij de hoge rekeningen die ze kan sturen. Juni vorig jaar haalde de Eerste Kamer daarom een streep door het wetsvoorstel van staatssecretaris Van Veldhoven dat asbestdaken per 2028 verbiedt. De senaat vreesde dat het verwijderen van deze daken te veel kosten voor bewoners met zich meebrengt en ze vindt de termijn buiten proporties.
Verweven
Voor gemeenten en hun omgevingsdiensten als bevoegd gezag van asbestsaneringen is een ongewenste situatie ontstaan, aldus Veltman. ‘We hebben behoefte aan een onafhankelijke normering van risico’s. Uit onderzoek van TNO weten we dat de risico’s aanzienlijk lager zijn dan de markt aangeeft. De mannen in witte pakken zijn niet steevast nodig. Dit werkt onnodig kostenverhogend.’ De belangen zijn op dit moment vergaand verweven, stelt Veltman vast, en dat staat verandering en vernieuwing in de weg, ook de inzet van goedkopere technieken, zoals schuimtoepassingen waarmee asbest eenvoudig zonder stofvorming is te verwijderen.
‘We moeten de publieke normering van asbestrisico’s en de uitvoering door de markt weer uit elkaar halen.’ Veltman pleit ervoor dat het ministerie wacht met de consultatie van de ontwerp-regelgeving en met andere ministeries en gemeenten om de tafel gaat, om een meer integrale aanpak te reguleren. ‘Anders krijgen we straks in het Parlement alleen maar veel discussie,’ voorziet Veltman.
Geef een reactie