Zes verschillende gemeenten in Rivierenland starten samen met ondernemers en kennispartners een project om korte voedselketens, waarbij streekproducten lokaal worden verkocht, te stimuleren.
Een kortere keten zou goed zijn voor het milieu en de producenten in een regio en daarnaast tot meer toerisme leiden. Reden voor de gemeenten Tiel, Culemborg, Geldermalsen, Neerijnen, Lingewaal en Buren om de handen ineen te slaan met verschillende partijen, zoals Wageningen University & Research (WUR) en het Regionaal Bureau voor Toerisme (RBT). Samen starten zij het tweejarige project Lekker Lokaal Rivierenland.
Lokale afzetkansen
‘Het doel van het project is de makers van streekproducten in contact te brengen met verkopers en horecaondernemingen,’ aldus projectleider Jolijn Zwart-van Kessel. Om dat te kunnen doen, wordt eerst in kaart gebracht welke bedrijven er streekproducten maken. In het najaar van 2018 volgen twee inspiratieavonden. Er is er een voor agrarische ondernemers waarbij praktijkvoorbeelden uit binnen- en buitenland en lokale afzetkansen centraal staan. En er is een avond voor de bestuurders, raadsleden en ambtenaren uit de betrokken gemeenten, waarbij het bijvoorbeeld gaat over de transitie en inrichting van voedselketens en wat gemeenten kunnen doen om deze ontwikkeling te stimuleren.
Ontwikkelen streekproduct en -merk
Begin volgend jaar worden boeren uit de regio tijdens een masterclass door experts van de Wageningen Universiteit (WUR) geholpen bij de ontwikkeling en in de markt zetten van een eigen streekproduct. Ook staat er een ‘matchmaking’ op het programma tussen producenten en afnemers. Daarnaast is het volgens Zwart-van Kessel belangrijk dat deze lokale producten duurzaam zijn én voor iedereen herkenbaar als afkomstig uit het gebied. Daarom wordt ook onderzocht hoe een streekmerk voor Rivierenland eruit moet zien.
Het project wordt mede mogelijk gemaakt door de provincie Gelderland, die subsidie beschikbaar stelde, en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling.
Geef een reactie