Nederland wil versneld de omslag maken naar duurzame energie. De uitspraak vorig jaar van de Raad van State rijdt de bouw van windparken echter nog altijd flink in de wielen. Om projecten te redden, stellen de eerste gemeenten lokale milieunormen op.
Sinds medio vorig jaar is de bouw van nieuwe windparken in ons land ingrijpend vertraagd. Reden is de uitspraak van de Raad van State, die de vergunning vernietigde voor de uitbreiding van windpark Delfzijl Zuid.
’s Lands hoogste bestuursrechter volgde hiermee een eerder arrest van het Europees Hof van Justitie over een Vlaams windpark en stelde de landelijke windturbinenormen in het Activiteitenbesluit buiten werking, omdat deze onvoldoende zijn onderbouwd.
Ook door plannen voor windparken in Houten en Oss werd een streep gehaald. Lopende projecten konden niet verder.
Reparatie rijksregels
Om de rijksregels te repareren moet het kabinet een planMER (milieueffectrapport) maken. Deze operatie gaat zeker nog tot medio 2023 duren, meldt minister Jetten (Klimaat en Energie) in zijn beantwoording van Kamervragen over de gevolgen van de gesneefde windprojecten. Komende zomer zijn het planMER en het ontwerp voor de nieuwe regelgeving weliswaar afgerond, maar het wetgevingstraject vergt nog zeker een extra jaar.
De Tweede Kamer vreest dat de planning van de Regionale Energiestrategieën (RES’en) in gevaar komt. In 2030 moet 35 terawattuur van de in ons land opgewekte stroom (70 procent van het elektriciteitsverbruik) duurzaam zijn. Juli 2023 moeten de gebieden hiervoor in de RES 2.0 zijn vastgesteld. Op papier wordt het RES-doel gehaald, maar met de bouw van windparken is acht tot tien jaar gemoeid.
Van windenergie op land wordt ondertussen een flinke bijdrage verlangd aan de klimaatdoelen. Minister Jetten verwacht echter geen vertraging. Voor gemeenten zijn er ontsnappingsroutes. Zo kunnen de plannen voor windparken met een of twee windmolens gewoon doorgaan, denk aan een solitaire windturbine op een bedrijventerrein. Gemeenten kunnen dan nog steeds naar het Activiteitenbesluit verwijzen.
Lokale normen formuleren
Bij windparken met meer turbines kunnen gemeenten in afwachting van de nieuwe landelijke regelgeving zelf lokale normen formuleren. Dat is onder meer mogelijk voor de geluidsgrenzen en de slagschaduw van windturbines.
De raad van Beuningen heeft als eerste gemeente groen licht gegeven voor lokale milieunormen in het bestemmingsplan voor een windpark met vijf turbines langs de snelwegen A73 en A50. De Gelderse gemeente volgt de landelijke normen uit het Activiteitenbesluit, maar met een strenger regime voor slagschaduw. Volgens onderzoek van de gemeente is de milieubescherming voor omwonenden hiermee geborgd.
Goede onderbouwing nodig
Ook de raad van Eemsdelta is inmiddels akkoord met het collegevoorstel om in het bestemmingsplan voor windpark Delfzijl Zuid eigen normen vast te stellen. In de Groningse gemeente zijn de geluidsnormen eveneens gelijk aan de landelijke windturbinenormen.
Onderzoek door een extern akoestisch adviesbureau gaf geen aanleiding hiervan af te wijken. Wel zijn, net als in Beuningen, de slagschaduwnormen strenger, zodat omwonenden op dat punt geen extra hinder ondervinden van de zestien nieuwe windturbines.
Cruciaal is dat gemeenten een goede onderbouwing geven voor de in hun windproject gekozen milieunormen. De Raad van State gaat alle windprojecten met een lokale normering kritisch volgen.
Laagfrequent geluid
Een fenomeen waar gemeenten zorgvuldig naar moeten kijken, zeggen specialisten, is laagfrequent geluid van windturbines. Veel bezwaarmakers richten zich daarop. Voorzien wordt dat dit aspect in procedures bij de Raad van State een issue gaat worden. Reden voor gemeenten om hier nu al op te anticiperen. Beuningen nam nieuwe regels op om de handhaafbaarheid te verbeteren.
De gemeente Reimerswaal stelde op alle vlakken strengere plaatselijke normen op om de bouw van windpark Ze-Bra (gelegen op de grens van Zeeland en Noord-Brabant) door te kunnen zetten. Dit windpark is het belangrijkste windproject om de opwekdoelen voor de RES Zeeland te verzilveren.
Wachten op regelgeving
In Sittard-Geleen ging het mis. Wethouder Kim Schmitz moest opstappen wegens haar plannen om voor windpark Holtum-Noord (drie turbines) lokale milieunormen toe te passen. Een meerderheid van de raad wil op de nieuwe regelgeving vanuit Den Haag wachten, omdat ze verwacht dat dit proces veel zorgvuldiger zal verlopen dan wanneer gemeenten een eigen normering gaan vaststellen.
Dat laatste is nogal vergezocht, reageert een woordvoerder van de Nederlandse Wind Energie Associatie (NWEA), de branchevereniging van de windsector. ‘Gemeenten zijn prima in staat gedegen normen op te stellen. Indien nodig kunnen ze daar expertise voor inhuren. Het is niet nodig de normen uit het Activiteitenbesluit onnodig complexer te maken. Van belang is dat projecten door kunnen gaan. We zijn dan ook blij dat deze optie er is: het is op dit moment dit of niks.’
Ambities in gevaar
Om gemeenten op weg te helpen met eigen normeringen, heeft de stadsregio Rotterdam samen met de provincie Zuid-Holland en omgevingsdienst DCMR een handreiking gepubliceerd. De Rotterdammers zien hun ambities in gevaar komen. Eind 2020 had in de regio al een totaal opgesteld vermogen van 150 MW aan opwekcapaciteit moeten staan, maar dat is niet gelukt.
Verder uitstel van windparken zou een enorme domper voor investeerders zijn, juist nu minister Jetten in duurzame-energieregeling SDE++ 13 miljard euro beschikbaar heeft gesteld voor opschaling van duurzame energie. Hiermee wil het kabinet versneld onze afhankelijkheid van de import van fossiele brandstoffen afbouwen. Windenergie is altijd de grootste gegadigde voor deze subsidiepot geweest, omdat windturbines de meeste energie opwekken tegen een zo laag mogelijke prijs.
Dr. C. (Kees) le Pair says
Onzin. Landen met de grootste windbijdrage aan de elektriciteitsvoorziening hebben de hoogste elektriciteitstarieven.