Alle politieke partijen spreken over krimpregio’s in hun verkiezingsprogramma’s. Alleen de Partij voor de Vrijheid (PVV) presenteert daar geen ideeën over.
Dat is opvallend. Een groot deel van het electoraat van Geert Wilders bleek bij de vorige verkiezing voor de Tweede Kamer juist uit krimpregio’s in Limburg te komen. Toch heeft de partij van Wilders geen visie op hun demografische ontwikkeling en de effecten daarvan op het lokale voorzieningenniveau.
Sowieso valt op dat het programma weinig heeft te melden over gemeenten. Puntsgewijs gaat het om de volgende standpunten:
- Afschaffen UWV, arbeidsmarkttaken naar de gemeente;
- Natuurlijk maken we er een eind aan dat gemeenten hun eigen immigratiebeleid voeren en uitgeprocedeerde leugenaars weigeren uit te zetten. Gemeenten of provincies die uitzettingen dwarsbomen worden gekort;
- Gemeenten of provincies die aan ontwikkelingshulp doen worden gekort;
- Gemeenten of provincies die aan multikul-subsidies doen worden gekort;
- Geen hoofddoekjes in de zorg, het onderwijs, het gemeentehuis of waar dan ook bij de overheid.
Krimpgemeenten
Dan de andere partijen en hun kijk op krimp, te beginnen bij het CDA, traditioneel gezien ook sterk vertegenwoordigd in krimpregio’s zoals die in Limburg. Om nu te zeggen dat het erg steekhoudend is, gaat overigens wel een brug of twee te ver. “We kiezen voor vitale, duurzame steden en voor ruimte om met nieuwe initiatieven de krimp in plattelandsregio’s op te vangen”, staat in het programma.
“De beschikbaarheid van werk en basisvoorzieningen is belangrijk voor de leefbaarheid in de steden en op het platteland, ook met een krimpende bevolking. Nieuwe initiatieven voor zorg, onderwijs en cultuur krijgen alle ruimte.” Het zou prettig zijn als het CDA een voorbeeld gaf van dat soort initiatieven, maar dat blijft achterwege in het verkiezingsprogramma.
Onderwijs
De ChristenUnie legt de focus vooral op het onderwijs in krimpgemeenten. “De komende jaren heeft het onderwijs met dalende leerlingaantallen te maken. De ChristenUnie kiest er niet voor om het onderwijsbudget mee te laten dalen, maar wil tijdens de transitieperiode het vrijgekomen geld investeren in krimpregio’s. Het doel is: behoud van kwaliteit en behoud van onderwijspersoneel.”
De partij heeft ook plannen voor de verdeling van het budget. “Krimpregio’s en -gemeenten komen niet voor opgaven te staan die hun financiële of organisatorische kracht te boven gaan. Daarom is krimp een belangrijk wegingscriterium voor gemeente- en provinciefonds. Regio’s die anticiperen op krimp (‘anticipeerregio’s) moeten gebruik kunnen maken van dezelfde faciliteiten van de Rijksoverheid als de zogenoemde top krimpregio’s (Noordoost-Groningen, Zeeland en Parkstad Limburg).”
Op regionaal niveau moet worden bepaald of er wel gebouwd moet worden als het bevolkingsaantal krimpt. “Prioriteit wordt gegeven aan binnenstedelijk bouwen en herstructurering van bestaande bedrijventerreinen. Dat is goed voor de draagkracht van voorzieningen en het openbaar vervoer. Clustering van voorzieningen is nodig om het voorzieningenniveau in krimpgebieden op peil te houden.”
Kans
D66 ziet de krimp als kans, staat in haar programma. “Een omslag in denken is noodzakelijk: van groeien naar gebruiken, bouwen naar reële behoefte en betalen naar werkelijke waarde. Met betrekking tot wonen betekent dit kleiner en flexibeler bouwen in de Randstad, voor eenpersoonshuishoudens.”
D66 vraagt om maatwerk per regio In krimpgebieden. De partij wil “bijzondere aandacht voor vitale voorzieningen als zorg en onderwijs die van voldoende kwaliteit en voor iedereen toegankelijk moeten zijn en blijven. In plaats van te concurreren om voorzieningen aan te trekken of behouden, moeten gemeenten samenwerken om kwaliteit en toegankelijkheid te waarborgen. Krimp biedt de kans op meer ruimte en nieuwe kwaliteit.”
Ook GroenLinks ziet kansen. “In krimpende gemeenten probeert de overheid niet de bevolking, maar de voorzieningen op peil te houden, zoals onderwijs, zorg en winkels. De verdeelsleutel van het Gemeentefonds wordt aangepast ten behoeve van krimpgemeenten. Het regionale economische beleid speelt in op de kansen van krimp in sectoren als natuur, recreatie, zakelijke dienstverlening, creatieve industrie en zorg.”
Samenwerking
Net als de andere partijen – op de PVV na – ziet de SP de oplossing bij samenwerking. “Samen met gemeenten in krimpregio’s wordt actief gezocht naar nieuwe strategieën om voorzieningen als winkels, scholen, zorginstellingen, het gemeenteloket en de bibliotheek bereikbaar te houden, ook voor mensen die geen auto hebben.”
De provincie moet de bovenliggende partij zijn van de SP. “Provincies bewaken dat gemeenten in krimpregio’s een gezamenlijke planning maken voor de bouw en sloop van woningen, kantoren en bedrijventerreinen en maatschappelijke voorzieningen, zodat ze elkaar versterken en niet beconcurreren.”
Leegstand
Dan de Pvda. “Krimp van de bevolking vergt tijdige aanpassing. Woningen moeten daarom worden aangepast aan de nieuwe bevolkingssamenstelling, bijvoorbeeld ouderen. Te veel leegstaande woningen betekent onvermijdelijk sloop. Nieuwe, slimme oplossingen moeten worden ontwikkeld om voorzieningen, bijvoorbeeld gebundeld in brede scholen, zoveel mogelijk te behouden. Regio's die hierin voorop lopen moeten de ruimte krijgen door middel van maatwerk in regelgeving.”
Dat maatwerk in regelgeving wordt niet gespecificeerd iin het verkiezingsprogramma van de partij.
Geef een reactie