Bijna een kwart van de gemeenten zag in 2017 het aantal inwoners dalen. Vooral aan de randen van Nederland doet de leegloop zich voor, zo maakte het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dinsdag bekend.
Het aantal gemeenten met bevolkingskrimp vertoont een opgaande lijn. ‘Terwijl de bevolking in 2017 landelijk met ongeveer 100.000 inwoners vrijwel net zo veel groeide als in 2016, waren er meer gemeenten met bevolkingskrimp dan toen,’ rapporteert het CBS. In 2016 liep het aantal inwoners terug in 83 van de destijds 390 gemeenten. Vorig jaar ging het om 91 krimpgemeenten op een totaal van 388. Gezamenlijk verloren ze ongeveer 7500 inwoners.
De bevolkingsdaling vindt vooral plaats in grote delen van de drie noordelijke provincies, Limburg, Zeeland en de Achterhoek. De krimp concentreert zich daarbij aan de randen van het land, zoals Noord-Friesland, Noord- en Oost-Groningen en Zeeuws-Vlaanderen. ‘Ook in Limburg hadden veel gemeenten te maken met bevolkingskrimp, maar die was in de meeste gevallen minder sterk dan elders.’
Groeigemeenten
Wat betreft de groeigemeenten spannen de grote steden in absolute aantallen de kroon. Relatief groeide de bevolking het sterkst in Blaricum. Die gemeente kreeg er per duizend inwoners meer dan vijftig nieuwkomers bij. Verder groeiden vooral kleinere gemeenten rond de grote steden verhoudingsgewijs sterk.
Geef een reactie