Het kabinet houdt vast aan het idee van meer lokale beleidsruimte bij het gebruik van de bodem. Wel komen er instructieregels ‘om te waarborgen dat er bij het bouwen van bijvoorbeeld woningen geen onaanvaardbare risico’s voor de gezondheid kunnen ontstaan’.
Dat schrijft minister Ollongren van Binnenlandse Zaken aan de Eerste Kamer. Afzien van gedetailleerde regelgeving is al langer de bedoeling, en in lijn met het nieuwe stelsel van de Omgevingswet. ‘Dit komt met name terug in het ontwerp-Aanvullingsbesluit bodem dat later dit voorjaar bij beide Kamers zal worden voorgehangen,’ zo kondigt ze aan.
‘Beter decentraal’
Het Rijk wil zich beperken tot regels voor zaken als een gelijk speelveld en internationaalrechtelijke verplichtingen, zoals met betrekking tot de gezondheid. ‘Aanvullende regels kunnen – als ze al nodig zijn – beter decentraal worden gesteld, omdat zo beter rekening kan worden gehouden met de kenmerken van het gebied waarin de activiteiten plaatsvinden.’
De nieuwe invulling betekent in de praktijk onder andere een decentralisering van provinciale taken. Met de invoering van de Omgevingswet, voorzien voor 2021, dragen provincies hun taken en bevoegdheden over aan gemeenten. Het streven daarbij is een ‘warme overdracht’.
Zorgen over milieu
Niet iedereen is blij met de minimale taakopvatting voor het Rijk. ‘Veel partijen hebben in hun inspraakreactie opmerkingen gemaakt over de beperkte reikwijdte van het wetsvoorstel,’ zo merkte het kabinet al op in het consultatierapport over de raadpleging van het overkoepelende conceptwetsvoorstel in 2016. Die wet is inmiddels goedgekeurd door de Tweede Kamer en ligt bij de Eerste Kamer.
Milieuorganisaties vrezen een ‘verlaging van het beschermingsniveau, zonder dat duidelijk is hoe dit risico wordt voorkomen of beperkt’. Zij vinden het verkeerd dat de regelgeving zich beperkt tot de gevolgen voor de volksgezondheid. Ecologische aspecten bijvoorbeeld zouden daardoor eerder het onderspit kunnen delven.
Ook vanuit gemeenten en milieudiensten klonk de afgelopen tijd kritiek. ‘Het is onduidelijk of ecologische effecten van bodemverontreiniging nog wel ergens worden meegenomen,’ meldde Rotterdam. De gemeente Amsterdam stelde onder meer dat de nieuwe regels ‘niet ingericht’ zouden zijn op saneringsoperaties.
Redeneerlijn adviescommissie
Maar een adviescommissie stelde eerder dat wettelijke bescherming niet noodzakelijk is voor ‘meer dan humane risico’s’. ‘Het kabinet onderschrijft deze redeneerlijn,’ aldus Ollongren. De Eerste Kamer uitte begin dit jaar ‘enige aarzeling’ omtrent de capaciteiten van die commissie. Maar volgens de minister zit het daarmee wel goed. Zo heeft ze de adviesclub ‘uitgebreid met expertise op het gebied van natuur en water’.
Dezelfde commissie signaleerde overigens ook dat ‘onvoorziene invullingen’ en juridische onvoorspelbaarheid het gevolg kunnen zijn van toenemende lokale beleidsruimte. Daarbij zou het helpen als gemeenten in beleidsregels kenbaar maken hoe ze omgaan met de ‘bestuurlijke afwegingsruimte’. Ollongren zal hieraan aandacht besteden in de toelichting op het te publiceren besluit, zo schrijft ze.
Geef een reactie