Ondanks het positieve beeld dat minister De Jonge naar buiten toe schetst, heeft het digitaal stelsel Omgevingswet regelmatig met storingen te maken. De instabiliteit belooft weinig goeds, als gemeenten straks meer plannen op het DSO gaan publiceren.
Eind januari deelt minister De Jonge (volkshuisvesting en ruimtelijke ordening) de eerste informatie over het functioneren van het digitaal stelsel Omgevingswet (DSO) na de inwerkingtreding van wet begin dit jaar. In het landelijke systeem van het DSO zijn geen grote verstoringen geweest, antwoordt de minister op vragen van de Eerste Kamer. Drie maanden blijkt dat de ICT achter de Omgevingswet regelmatig uitvalt. De storingen worden weliswaar opgelost, maar blijven zich hardnekkig voordoen.
Hoeveel omgevingsdocumenten er tot nu toe met de nieuwe Omgevingswet-ICT gepubliceerd zijn, kan De Jonge niet zeggen. Volgens de minister is het nog te vroeg om cijfers te leveren die ook ‘kwalitatief voldoende informatie’ geven.
Uitzonderlijk laag
Vereniging Provero, voor professionals op het snijvlak van ICT en ruimtelijke ordening, meldde onlangs op haar LinkedIn-pagina dat in de eerste twee maanden van 2024 er 5 ontwerp-omgevingsplannen op het DSO zijn gezet. Deze gemeenten zijn Amsterdam, Dordrecht, Groningen, Utrecht en Pijnacker-Nootdorp. Dat is een uitzonderlijk laag aantal. Onder het oude regime van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) publiceerden gemeenten in een paar maanden tijd doorgaans honderden ontwerp-bestemmingsplannen.
Tijdelijke problemen
Amsterdam en Groningen ondervonden bovendien tijdelijk problemen om wijzigingen in hun ontwerp-omgevingsplan gevalideerd te krijgen op de Landelijke Voorziening Bekendmaken en Beschikbaar (LVBB), het aanleverpunt van het DSO. Dat blijkt uit posts van betrokken ambtenaren op LinkedIn. Initiatiefnemers kunnen zo op Regels op de Kaart niet nagaan wat er in een plan veranderd is. Amsterdam besloot te wachten tot de DSO-organisatie het technisch euvel had opgelost. Groningen ging over op het beschrijven in plaats van markeren van wijzigingen, een omslachtige exercitie. De problemen werden pas na 2 weken opgelost.
Noodgrepen
Volgens ICT’er Lieuwe Koopmans ontvouwt zich het scenario van ‘continue noodgrepen’, dat hij een jaar geleden al schetste tijdens een hoorzitting van de Eerste Kamer. In 2021 luidde Koopmans al de noodklok over het DSO. ‘Aanvankelijk leek het er na de jaarwisseling op dat het DSO functioneert. Nu blijkt dat documenten blijven hangen in het systeem. Ze worden wel geleverd door de gemeente en geaccepteerd door het DSO, maar toch niet goed verwerkt. Een besluit dat niet in het Gemeenteblad getoond wordt, treedt hierdoor natuurlijk niet in werking.’
Volop storingen
Dat het 2 weken duurde voordat het probleem met de markeringen opgelost werd, bevestigt volgens Koopmans dat de DSO-organisatie te weinig ICT-capaciteit in huis heeft om fouten in korte tijd kunnen herstellen. Ook de afgelopen weken heeft het DSO volop storingen laten zien, aldus Koopmans. Ook op zijn eigen initiatief van het Meldpunt Omgevingswet druppelen meldingen binnen.
Een zoektocht van Koopmans op overheidsportal Officiële Bekendmakingen leverde overigens maar welgeteld 3 ontwerp-omgevingsplanwijzigingen op.
Basale aanpassingen
Intussen blijken er ook basale aanpassingen nodig van de indieningsvereisten bij het Omgevingsloket. Voor indieners geldt geen verplichting bij een aanvraag hun e-mailadres en telefoonnummer op te geven. Dat zorgt bij gemeenten voor veel vertraging en extra werk om initiatiefnemers te achterhalen. De DSO-organisatie buigt zich nu over de vraag hoe deze velden ook daadwerkelijk verplicht te maken.
De problemen bevestigen de terechte vrees onder veel gemeenten voor een instabiel DSO. Eind vorig jaar werd een stortvloed aan ontwerp-bestemmingsplannen onder het oude regime van de Wro in procedure gebracht, zelfs tijdens de kerstvakantie nog.
Noodverband
In zijn kamerbrief van eind januari schrijft minister De Jonge dat gemeenten hun plandocumenten publiceren via zowel de nieuwe Omgevingswet-standaarden (STOP-TPOD) als de Tijdelijke Alternatieve Maatregelen (TAM-IMRO). De laatste optie maakt het mogelijk voor gemeenten die nog niet zover zijn, om plannen nog een jaar lang met hun oude software te publiceren en te wijzigen. Dit noodverband moet voorkomen dat de dienstverlening aan inwoners en bedrijven stagneert.
‘De eerste maanden hebben juist laten zien dat gemeenten vooral voor de TAM-IMRO-werkwijze hebben gekozen’, weet Koopmans. Van de 3 ontwerp-omgevingsplanwijzigingen die hij zelf aantrof op Officiële Bekendmakingen kwamen er 2 via TAM-IMRO en slechts één via STOP-TPOD op het DSO terecht. ‘Dat bevestigt hoe laag het vertrouwen in het DSO is.’
Gammel DSO
Eind 2024 moeten alle gemeenten over zijn naar het nieuwe systeem volgens STOP-TPOD, wat naar verwachting nog veel werk zal opleveren. Medio dit jaar besluit De Jonge in overleg met de medeoverheden of uitstel nodig is. Aan het DSO wordt sowieso nog volop gesleuteld. Nog voor de zomer komen nieuwe functionaliteiten van de onderliggende software uit. Het DSO en de lokale systemen van gemeenten moeten hierop worden aangepast. Koopmans verwacht dat Release B tot 2025 zal worden uitgesteld. ‘Deze versie gaat de leveranciers en de DSO-organisatie helemaal gek maken, schat ik zo in. Het beeld dat ik heb is dat van de stilte voor de storm en een gammel DSO. En dan heb ik het nog niet eens over de gebruiksvriendelijkheid, laat staan de invulling van de ‘eenvoudig beter-gedachte’ achter de Omgevingswet.’
Planketen
De minister heeft toegezegd in het eerste kwartaal van 2024 meer informatie te zullen delen over de werking en het gebruik van de planketen van het DSO. Dat is het geheel, waarin gemeenten vanuit de eigen systemen plannen en besluiten publiceren en wijzigen in het landelijke deel van het DSO.
Uit het laatste rapport van het ministerie over de ketentesten blijkt in elk geval dat de planketen nog steeds niet af is. De inzet van de oude TAM-IMRO-standaard blijft noodzakelijk. Intussen werkt de DSO-organisatie al meer dan 5 jaar aan deze DSO-keten.
Bijkomend risico
Gemeenten die vanwege het haperende DSO vorig jaar op de valreep hun ontwerp-bestemmingsplannen in procedure brachten, lopen intussen een bijkomend risico. Als een plan in werking is getreden en onverhoopt door de Raad van State wordt vernietigd, is op een nieuw besluit in veel gevallen voortaan de Omgevingswet van toepassing. Het plan is dan onderdeel van het Omgevingsplan geworden, oordeelde ‘s lands hoogste bestuursrechter vorige week. Voor gemeenten betekent dit dat ze het werk dan helemaal opnieuw moeten doen.
Geef een reactie