Hardnekkige storingen blijven het Digitaal Stelsel Omgevingswet plagen. Tot ergernis van overheden en hun leveranciers, die systemen moeten testen. Zo zorgen digitale kaarten nog altijd voor problemen, erkent de DSO-organisatie. Maar: geen reden tot onrust, er wordt volop aan gewerkt.
Het Informatiepunt Leefomgeving (IPLO) meldt bijna dagelijks storingen binnen de oefenomgeving van het Digitaal Stelsel Omgevingswet, kortweg DSO. Vorig week nog bij een vergunningencheck. Verder was er weer een hapering met de ‘viewer’ Regels op de Kaart, voor het inzien van omgevingsdocumenten. Eerder was het tijdelijk niet mogelijk plannen te publiceren via de Landelijke voorziening bekendmaken en beschikbaar stellen (LVBB), het systeem om plandocumenten in de landelijke DSO-voorziening te ontsluiten. De vele storingen bemoeilijken het testen, klagen overheden en softwareleveranciers.
Aandacht voor kaartmateriaal
In een voortgangsbrief die maandag naar de Tweede Kamer ging, erkent demissionair minister Ollongren (BZK) dat er nog veel problemen zijn. Niet alleen de beschikbaarheid en stabiliteit van de systemen moeten beter. Hetzelfde geldt voor de verwerking van grote geometrische bestanden (kaartmateriaal). De minister laat een ‘verhoogde dijkbewaking’ inrichten om overheden beter te ondersteunen. De komende maanden wordt een oefenpiek verwacht richting de inwerkingtreding van de wet juli volgend jaar.
Maandag verscheen ook het nieuwe aansluitoverzicht van het DSO. Op dit moment zijn zo’n 285 gemeenten aangesloten. Dat betekent dat zo’n zeventig gemeenten de ‘preproductieomgeving’ nog niet gebruiken en helemaal nog niet hebben kunnen oefenen.
‘Robuustheid groeit’
Directeur DSO-realisatie Arco Groothedde en lead productmanager Arie Duindam bij de Tactische Beheersorganisatie achter het DSO bevestigen dat er te veel verstoringen zijn geweest. ‘Toch zien we het aantal afnemen, terwijl het stelsel intensiever wordt gebruikt,’ zegt Groothedde. ‘Verstoringen zijn inherent aan het in gebruik nemen van dit soort grote systemen. We doen onze uiterste best incidenten zo snel mogelijk op te lossen. Er moet nog veel gebeuren, maar de robuustheid van het DSO groeit.’
Drie innovaties voor een behapbare Omgevingswet
Dit najaar rollen de eerste innovaties uit het O-Lab. ‘Van een complex geheel gaan we naar behapbare processen met praktische hulpmiddelen.’
Duindam vult aan: ‘Het DSO is niet één standaardsysteem. Het stelsel is uitgebreid en best complex. Met een landelijk systeem én de lokale software van overheden. In de praktijk pakt het soms anders uit dan we vooraf hadden bedacht. We hebben de confrontatie met het gebruik nodig om ervaring op te doen en zaken te verbeteren. Dit is een fase waar we doorheen moeten.’
Kaarten ‘wicked’ probleem
De publicatie van complexe omgevingsdocumenten met veel geografisch detail is een wicked probleem, zoals Groothedde het uitdrukt. ‘We hebben nog niet scherp waar het precies aan schort. De afgelopen weken zijn we in een taskforce met gebruikers en leveranciers aan de slag gegaan om dit probleem te fixen. Het goede nieuws is dat we meters maken. Het is echter een misverstand dat niemand hierdoor iets met het DSO kan doen. Dat is echt niet aan de orde, hoe vervelend het probleem ook is.’
STOP-standaard
Een van de mogelijke opties is het aanpassen van de technische uitwisselingsstandaard (STOP) voor het publiceren en wijzigen van plandocumenten. Dat is een lastige keuze, want de impact op het ombouwen van het DSO en de software van overheden is moeilijk te overzien. ‘Het is ook de vraag of dit de juiste oplossing is,’ zegt Groothedde. ‘We zien dat we de performance van het DSO kunnen verbeteren. De hoeveelheid geometrie die we kunnen verwerken, wordt al steeds hoger. Daar kun je afspraken en handleidingen voor maken. Aanpassing van de STOP-standaard is dan niet nodig. Maar we sluiten geen enkele optie uit.’
Meeslepende releases
Wat er nog bij komt, is dat de oefenomgeving regelmatig niet beschikbaar is door gepland onderhoud als er weer nieuwe software is voor het landelijke systeem. ‘Het is onvermijdelijk dat je software moet updaten en dan moeten we er gewoon even uit. Dat laten we ook aan gebruikers weten,’ zegt Duindam. ‘Soms kost dat een dag, soms langer. Alle oefeningen door bevoegde gezagen en tests door leveranciers worden bij ons aangemeld. We proberen de releases daar omheen te plannen. Nu er intensiever geoefend wordt, gaan we steeds sneller tussendoor kleine stukjes software vernieuwen, dus geen grote meeslepende releases meer.’
‘Ook zijn we aan het kijken of we meer buiten de kantoortijden om kunnen vernieuwen, zodat we gebruikers zo min mogelijk in de weg zitten. Het belangrijkst is dat niemand voor verrassingen komt te staan.”
‘Veel is al stabiel’
Groothedde en Duindam zeggen vertrouwen te hebben. ‘We zitten nog in de fase ruimschoots vóór de inwerkingtreding en zien dat alles snel beter wordt. Over de zware geometrie moeten we snel helderheid hebben. Maar ik maak me voorlopig geen zorgen en we hebben nog alternatieven,’ aldus Groothedde. Hij verwijst naar de mogelijke noodmaatregel om in aanvulling op het overgangsrecht, dus tijdelijk, ook gebruik te maken van de IMRO-standaard onder de Omgevingswet voor het ontsluiten van omgevingsdocumenten. Voor tijdelijke alternatieve maatregelen heeft Ollongren recent extra geld opzij gezet.
Duindam ziet licht aan het einde van de tunnel. ‘Het ontvangen van vergunningsaanvragen gaat heel goed. De functionaliteit waarmee bevoegde gezagen samenwerken aan het behandelen van aanvragen werkt prima. Dit ondersteunt bij het realiseren van kortere beslistermijnen. Veel functionaliteiten van het DSO zijn stabiel, een aantal technische componenten draait gewoon heel goed. Nu de planketen met zijn complexiteit aan datasets nog. De basistechnologie staat, en we hebben al een optimalisatieslag gemaakt.’
Geef een reactie