Veel gemeenten zijn druk bezig met het bestrijden of beheersen van de overlast door de eikenprocessierups. Het Kenniscentrum Eikenprocessierups ziet een stijging van die overlast, nu en in de toekomst. ‘We merken dat gemeenten de afgelopen jaren ook minder hebben ingezet op preventie en bestrijding.’
Vanaf half april tot juli is de eikenprocessierups actief en veroorzaakt in verschillende gemeenten overlast. De microscopisch kleine haartjes van de rups kunnen namelijk zodra ze in aanraking komen met huid of ogen (of in de longen) een allergische reactie veroorzaken die gepaard gaat met jeuk of irritatie. De eigenaar van de bomen, zoals dus de gemeente (of provincie of Rijkswaterstaat) is verantwoordelijk voor het beheersen en eventueel bestrijden van de rups.
Hoe te handelen (zoals waarschuwen of wegbranden- of zuigen van de rupsen) hangt af van omgevingsfactoren. Of er bijvoorbeeld mensen vlakbij wonen, hoe ernstig de plaag zich manifesteert en of er bijvoorbeeld beschermde vlinders in de buurt zijn. Ook de tijd van het jaar bepaalt welke methoden ingezet kunnen worden.
Overlast
De rups is inmiddels onder andere in de gemeente Rotterdam gesignaleerd. Medewerkers van Stadsbeheer controleren de eiken regelmatig op aanwezigheid van de rups. De nesten worden op plekken waar veel mensen komen uit voorzorg door een gespecialiseerd bedrijf verwijderd. Ook in de gemeente Ede is deze rups onderwerp van gesprek: er wordt aan inwoners gevraagd melding te maken zodat tot bestrijding kan worden overgaan. De gemeente houdt de meldingen bij op een digitale kaart.
In de gemeente Steenwijkerland richt de aanpak zich in eerste instantie op het tegengaan van overlast, maar als de rups eenmaal is aangetroffen, worden bomen voorzien van een rood-wit lint om inwoners te waarschuwen. Vervolgens worden de rupsen verwijderd door een gespecialiseerd bedrijf. Volgens de gemeente is er een beperkt aantal bedrijven die dit kunnen doen, waardoor het verwijderen van de rups dit jaar langer kan duren.
Stijging eikenprocessierupsen
Verscheidende gemeenten zouden momenteel met het handen in het haar zitten en het advies van het Kenniscentrum Eikenprocessierups inroepen. In sommige gevallen zou zelfs de brandweer uitkomst bieden. Arnold van Vliet is bioloog en verbonden aan de Wageningen Universiteit en het Kenniscentrum. Hij bevestigt de stijging en de overlast. ‘Afgelopen 20 jaar is er een sterke toename zichtbaar. Zo was er met name in 2016 sprake van een enorme stijging en ook in het afgelopen najaar zijn er heel veel vlinders geteld. We zien ook dat de locaties waar de rups zich vorig jaar ophield zijn uitgebreid.’
Reden voor overlast
De reden dat de rups zich extra manifesteert, is volgens hem te zoeken in een combinatie van factoren. ‘Het wordt bijvoorbeeld steeds warmer. Vanaf half april, in mei en juni was het maar liefst drie graden warmer dan voorgaand jaar. De rups en het eikenblad hebben zich daardoor veel sneller kunnen ontwikkelen. We zien ook dat preventieve bestrijding dit jaar minder goed werkt, waarom dat precies is onderzoeken we momenteel. En hoewel we er geen harde cijfers van hebben, merken we dat gemeenten de afgelopen jaren lokaal ook minder hebben ingezet op preventie en bestrijding.’
Hulp van de brandweer
De brandweer zou uitkomst kunnen bieden bij gemeenten die met het handen in het haar zitten. ‘In omringende landen, zoals Duitsland en België, heeft de brandweer dit in zijn takenpakket. Vanwege de beschermende pakken kunnen zij het wegzuigen van rupsen en nesten ongehinderd uitvoeren. In situaties van ernstige overlast zou deze extreme maatregel een mogelijkheid kunnen zijn.’
Handige leidraad
Ben je als gemeente dan eigenlijk niet al te laat, als overlast niet meer te beheersen is? ‘Ik zou gemeenten vooral aanraden de Leidraad beheersing van de eikenprocessierups van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) te gebruiken. Die is in 2013 opgesteld, maar nog steeds actueel en bevat met name voor gemeenten de juiste handvatten in overlastsituaties en wat te doen om deze te voorkomen. Denk bijvoorbeeld aan een stappenplan voor het maken van een risico-inventarisatie, wat de beslisfactoren zijn bij verschillende bestrijdingsmethoden en hoe te communiceren.’
Centraal informatiepunt
Volgens van Vliet is er veel informatiebehoefte onder gemeenten en gaat er op verschillende plekken nog het nodige mis. ‘Met negatieve gevolgen voor gezondheid en natuur, maar ook onnodig verlies van geld en vertrouwen in gemeenten’. De verwachting is ook dat de overlast de aankomende jaren alleen maar zal toenemen. Hij pleit daarom voor een centraal kennispunt dat ondersteuning biedt in het beheersen van de rups. ‘Zodat iedereen die zich hiermee bezighoudt, kan beschikken over dezelfde kennis wat betreft preventie, beheer en bestrijding.’
Geef een reactie