‘Samen leven’, ‘Samen aan de slag’, ‘Samen aan zet’: als je de titels van collegeprogramma’s mag geloven, doen we het bijna overal samen. Zeker in ruimtelijke projecten. Maar hoe? ‘Niet met de geijkte inspraakavond,’ zegt Pepijn Verpaalen van stedenbouwkundig bureau Urbanos.
Urbanos won onlangs een prijsvraag uitgeschreven door gebieds- en vastgoedontwikkelaar AM. Het bureau viel op door onder meer de aanpak van bewonersparticipatie, een thema waarmee gemeenten in het kader van de Omgevingswet aan de slag moeten de komende jaren. ‘De manier waarop lokale overheden dit nu aanpakken,’ zegt Verpaalen, ‘dat gaat hem niet worden. Get to know the unknown. Dat betekent inspelen op nieuwe initiatieven en op energie die loskomt.’
Tijdelijk plein
Juist, maar hoe vat je die koe bij de horens? Een voorbeeld. De gemeente Den Haag had het idee om ergens in de stad een plein aan te leggen. Hadden de bewoners niet zo’n zin in, 70 procent was tegen. ‘Dat zie je bij de meeste voorstellen,’ zegt Verpaalen. ‘De menselijke reflex is doorgaans tegen verandering van de openbare ruimte. Daar kunnen ook best goede redenen voor zijn. Samen met de gemeente zijn we het experiment aangegaan om bewoners het verschil te laten ervaren. We hebben daar toen een tijdelijk plein aangelegd.’
Tijdelijk inderdaad, compleet met kunstgrasmat, op straat geschilderde tegelpatronen, fietsenstallingen en bankjes. Na drie maanden werd online opnieuw gevraagd hoe mensen erover dachten; een meerderheid was voor. ‘Meer dan de helft gaf daarbij aan niet eerder betrokken te zijn geweest in het gemeentelijke participatieproces. Dat tijdelijke gebruik van de openbare ruimte blijkt een goede manier om mensen te betrekken.’
Elkaar ontmoeten
Urbanos is er niet op uit om dit kunstje overal te herhalen. ‘Het gaat om het thema of het probleem. Je gaat zoeken wat daarbij écht speelt. Zo mochten we een park onder handen nemen waar niemand doorheen durfde te lopen, behalve hondenbezitters die hun dier er lieten loslopen. Dat hebben we opgelost met een simpele afscheiding. Zodat mensen er nu ook ongestoord kunnen wandelen of jeu-de-boulen. Maar elkaar wel ontmoeten.’
Bij weer een ander park raakte Verpaalen in gesprek met een man die erg gedreven was om mogelijkheden voor ‘urban fitness’ te introduceren. ‘Als je dat soort energie tegenkomt, dan moet je daar iets mee. Natuurlijk moeten andere bewoners het ook zien zitten. Maar dit werd een succes door de inzet van iemand bij wie je merkt dat hij dingen in beweging kan brengen.’
Brede blik
De prijs die het bureau won blijft niet bij een eervolle vermelding, er zit een opdracht aan vast. Binnenkort mag Urbanos concreet aan de slag met een stedelijk project. ‘Ik hoop een project waar van alles samenkomt: duurzame energie, water, economie, noem maar op. En waar we met een brede blik aan de slag kunnen, dus waar alles nog openligt.’
De wedstrijd draaide om het thema ‘de inclusieve stad’. Vanwaar eigenlijk de betrokkenheid van een vastgoedbedrijf hierbij? Hilde Blank, aangesteld als bouwmeester bij AM, zegt dat het meer is dan een marketingstunt. ‘Sinds de crisis zijn we veel sterker gaan kijken naar de maatschappelijke inbedding van projecten. Wat betekenen bepaalde keuzes voor bijvoorbeeld de manier van werken, de energietransitie of gezondheid?’ Zelf afkomstig uit de publieke sector, stond Blank ervan te kijken hoezeer dit al ingebed was in het denken binnen de organisatie.
Enthousiaste ambtenaar
Zowel Blank als Verpaalen ziet de overheid in menig opzicht eerder als belemmerend dan als aanjager van de doelen die ze op papier nastreeft. Blank noemt aanbestedingsprocedures waarin ‘nog te vaak tot in detail is voorgeschreven hoe we het moeten doen, zonder ruimte voor vernieuwing’. Verpaalen merkt dat zijn aanpak sterk leunt op ‘een enkele enthousiaste ambtenaar die overal doorheen moet beuken’. Meer van dit soort ‘doeners’ is wat gemeenten volgens hem nodig hebben.
Geef een reactie