Gemeenten moeten in de eerste helft van 2017 voor 13.000 statushouders huisvesting regelen.
Dat meldt staatssecretaris Dijkhoff (VenJ). Door de lagere asielinstroom in de afgelopen maanden en de verwachting dat die ook in 2017 zal doorzetten, is de taakstelling lager dan in 2016. “Deze lagere taakstelling geeft de gemeenten die achterlopen de ruimte om het been bij te trekken”, aldus Dijkhoff. “Er zitten op dit moment namelijk nog bijna 15.000 statushouders in asielzoekerscentra te wachten op een woning.”
Lager
Dat meldt staatssecretaris Dijkhoff (VenJ). Door de lagere asielinstroom in de afgelopen maanden en de verwachting dat die ook in 2017 zal doorzetten, is de taakstelling lager dan in 2016. “Deze lagere taakstelling geeft de gemeenten die achterlopen de ruimte om het been bij te trekken”, aldus Dijkhoff. “Er zitten op dit moment namelijk nog bijna 15.000 statushouders in asielzoekerscentra te wachten op een woning.”
Uit de derde voortgangsrapportage van het Platform Opnieuw Thuis blijkt dat gemeenten in de tweede helft van 2016 nog 28.000 statushouders aan een woning moeten helpen, inclusief de achterstand van het eerste halfjaar van 2016. Op 1 september jl. moesten volgens de taakstelling tot eind dit jaar nog bijna 22.000 personen worden gehuisvest. Dat betekent voor gemeenten nog een forse inspanning.
Doorstroom
Om gemeenten hierbij te helpen en de doorstroom uit asielzoekerscentra te versnellen, heeft staatssecretaris Dijkhoff toegezegd dat het twee jaar langer mogelijk is om statushouders met het Gemeentelijk Versnellingsarrangement (GVA) te huisvesten. Vanaf afgelopen juli verhoogde de staatssecretaris de vergoeding per statushouder al met 50 procent en kunnen gemeenten ook leegstaand zorgvastgoed voor huisvesting benutten. Dijkhoff: “Als statushouders sneller in een gemeente kunnen wonen, is dat beter voor hun integratie en kan de stap naar werk ook sneller worden gezet.
Geef een reactie