Koophuizen zijn vorige maand opnieuw duurder geworden. In januari kostte een huis gemiddeld ruim 433.000 euro, 1,8 procent meer dan in januari vorig jaar. Toch gingen afgelopen maand meer mensen met succes op huizenjacht dan in januari 2023.
Dat melden het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Kadaster in de maandelijkse cijfers over de huizenprijzen. Vergeleken met december lagen de prijzen in januari 1,2 procent hoger.
Schaarste stuwt de prijs op
Ondanks de sterk gestegen hypotheekrente en hoge inflatie, zijn er nog altijd veel meer woningzoekers dan huizen die te koop staan. Die schaarste zorgt ervoor dat de huizenprijzen blijven stijgen. Ook hebben sommige huizenkopers meer geld te besteden, omdat de lonen omhoog zijn gegaan. Dat zorgde er in december voor dat woningen voor het eerst in bijna een jaar ook weer duurder werden op jaarbasis. Van maand op maand stijgen de huizenprijzen al sinds halverwege 2023.
Meer huizen verkocht
Ondanks de hogere prijzen hebben meer mensen in januari een huis gekocht, meldt het Kadaster verder. Het aantal woningen dat van eigenaar wisselde, kwam afgelopen maand uit op meer dan 14.000. Dat is ruim 10 procent meer dan in de eerste maand van vorig jaar.
Tijdelijke terugval
In de zomer van 2022 bereikten de woningprijzen een recordhoogte, waarna die bijna een jaar lang telkens iets daalden. Door de snel gestegen hypotheekrente konden kopers minder geld lenen voor een huis. Dat leidde er toe dat de gemiddelde transactieprijs voor huizen in Nederland in 2023 voor het eerst sinds 2013 daalde naar ruim 416.000 euro.
Maar dat effect is nu niet meer terug te zien in de gemiddelde huizenprijzen. De Hypotheekshop liet afgelopen maandag echter weten dat veel geldverstrekkers de hypotheekrente na een periode van lichte dalingen weer hebben verhoogd en dat er deze week meer renteverhogingen worden verwacht. Wat de invloed daarvan is op de ontwikkeling van de huizenprijzen moet komende tijd blijken.
Woningtekort terugbrengen
Om het woningtekort terug te brengen en daarmee de prijsstijgingen te matigen zullen er jaarlijks meer woningen gebouwd moeten worden. Demissionair minister De Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft daarom afgelopen tijd verschillende initiatieven ontplooid om het woningtekort te bestrijden. Zo wil hij met het wetsvoorstel Wet versterking regie volkshuisvesting meer grip krijgen op de woningmarkt.
Een succesvol initiatief om gemeenten te helpen bij het realiseren van woningbouw is de startbouwimpuls. Eind augustus vorig jaar hadden zich al 246 gemeenten aangemeld met 2.195 woningbouwprojecten, goed voor bijna 260.000 woningen. ‘Het toont aan dat er veel potentie en wilskracht is om door te blijven bouwen, maar ook dat steun en sturing van het Rijk nodig is’, schreef De Jonge destijds in een kamerbrief.
Geef een reactie