De gemeenten Utrecht en Amsterdam gaan de huurprijzen voor nieuwbouwwoningen in de vrije sector begrenzen. In Utrecht mogen er ook geen te kleine en te dure woningen worden gebouwd.
Deze maatregelen zijn volgens woonwethouders Paulus Jansen en Laurens Ivens (beiden SP) nodig omdat steeds meer geld wordt gevraagd voor steeds kleinere appartementen. Daardoor blijven er te weinig woningen over met een ‘middenhuur’, van tussen de 710 euro tot 950 euro per maand, schrijft de Volkskrant.
Klein
Van alle steden is in Utrecht en Amsterdam de vraag naar huurwoningen in de vrije sector het grootst. Om het aanbod te vergroten verruimde minister Blok vorig jaar de mogelijkheden om ook kleine appartementjes en studio’s te verhuren boven de 710 euro per maand. Utrecht en Amsterdam protesteerden meteen tegen deze oplossing.
Minimaal oppervlak
Gemeente Utrecht stelt nu eigen regels op. Beleggers moeten in de vrije sector appartementen bouwen met een minimale oppervlakte van 50 vierkante meter bij een huur vanaf 710 euro, oplopend tot minimaal 80 vierkante meter bij een huur vanaf 950 euro per maand. Woningen in de centraalste delen van de stad, de binnenstad en het stationsgebied, mogen kleiner zijn: minimaal 40 vierkante meter met een huur vanaf 710 euro per maand tot minimaal 60 vierkante meter bij een huur van 950 euro per maand. De huur mag niet meer stijgen dan de inflatie.
Middenhuur
Gemeente Amsterdam treft maatregelen gericht op de huurprijs. In de erfpachtovereenkomsten voor nieuw te bouwen appartementen met een middeldure huur staat tegenwoordig dat beleggers de huren 25 jaar lang ‘middelduur’ moeten houden en niet mogen uitponden.
Geef een reactie