Veel gemeenten zijn zich onvoldoende bewust van de bijzondere positie van de woonwagencultuur. Deze geniet erkenning en bescherming van internationale verdragen, die ook Nederland heeft ondertekend. Gemeenten moeten hun standplaatsenbeleid hier dan ook mee in overeenstemming brengen om de woonwagencultuur te borgen.
Dat concludeert de Nationale Ombudsman in zijn rapport “Woonwagenbewoner zoekt standplaats”. Aanleiding voor dit onderzoek waren klachten van woonwagenbewoners over ‘uitsterfbeleid’: gemeentelijk beleid om vrijgekomen, bestaande standplaatsen niet meer voor woonwagens te benutten.
Woonwagencultuur als mensenrecht
Woonwagenbewoners hebben een eigen culturele identiteit die als een mensenrecht bescherming verdient. Dat volgt uit een aantal belangrijke internationale en Europeesrechtelijke verdragen, die ook de Nederlandse staat heeft ondertekend. Dit verplicht het Nederlandse Rijk en de gemeenten om voor voldoende standplaatsen te zorgen zodat woonwagenbewoners volgens hun tradities en culturele identiteit kunnen leven.
Reinier van Zutphen, nationale ombudsman: “Gemeenten maken beleid vanuit het gelijkheidsbeginsel. Dat wil zeggen dat alle inwoners gelijke rechten en plichten hebben. Zij maken daarin geen onderscheid voor inwoners die woonwagenbewoner zijn. Maar in het geval van woonwagenbewoners is er nu juist geen sprake van gelijke gevallen ten opzichte van andere inwoners. De door internationale verdragen erkende en beschermde woonwagencultuur maakt het noodzakelijk om met een andere bril naar standplaatsenbeleid te kijken. Aandacht voor de behoeften van woonwagenbewoners is niet vrijblijvend, maar heeft een mensenrechtelijke basis. Daarom zouden gemeenten ongelijke gevallen, ongelijk moeten behandelen.”
Stop discriminerend standplaatsenbeleid
De ombudsman ziet een regierol voor het Rijk om discriminerend standplaatsenbeleid bij gemeenten te stoppen, om de handreiking voor gemeenten in overeenstemming te brengen met het mensenrechtenperspectief, om voor actuele kennis te zorgen, en om te monitoren wat de impact is van overheidsbeleid op bescherming van de woonwagencultuur.
Aanbevelingen gemeenten
In het rapport noemt de ombudsman ook specifieke aanbevelingen voor gemeenten:
- Benoem een portefeuillehouder voor woonwagenbewoners en hun mensenrechten in het college van B en W
- Bespreek het standplaatsenbeleid met de gemeenteraad en eventuele voornemens om deze aan te passen
- Maak het standplaatsenbeleid in overeenstemming met het mensenrechtenkader voor de culturele identiteit van woonwagenbewoners (het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, het College voor de Rechten van de Mens)
- Inventariseer de behoefte aan standplaatsen, toewijzingscriteria, constructies voor huur en koop en van woonvorm onder woonwagenbewoners in de gemeente.
Klachten melden
Verder roept de ombudsman woonwagenbewoners op om klachten vooral te melden. Allereerst bij de gemeente zelf, die de klachtenafhandeling binnen zes weken dient af te ronden. En bij ontevredenheid over de reactie van de gemeente kunnen zij contact opnemen met de ombudsman, die eventueel een bemiddelende rol kan spelen.
Geef een reactie