De gemeente Utrecht had geen dwangsom mogen opleggen aan een vrouw die onder andere 24 chihuahua’s in huis had. De gemeente wilde dat ze het aantal terugbracht naar tien honden, maar de Raad van State haalt daar nu een streep doorheen.
Op het moment dat de inspectie op de stoep stond bij de vrouw naar aanleiding van klachten uit de omgeving, had ze 26 chihuahua’s, een herdershond, een kip en een poes in huis. Volgens de gemeente was dat in strijd met de woonbestemming. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State gaat uit van 24 chihuahua’s, omdat dit ter zitting bij de rechtbank door de vrouw is verklaard. De vrouw moest het aantal hondjes terugbrengen tot tien. Als dit niet gebeurde, zou er een boete van 10.000 euro volgen.
Ruimtelijke uitstraling
Volgens de bestuursrechter had Utrecht geen dwangsom op mogen leggen, omdat de gemeente dit namelijk niet op de juiste manier deed. Om een dwangsom op te kunnen leggen moet vaststaan dat de eigenaar van de chihuahua’s een regel overtreedt. ‘Volgens het gemeentebestuur is het houden van 24 chihuahua’s in een woonhuis in strijd met de woonbestemming die de woning in het bestemmingsplan heeft. Om te beoordelen of dat het geval is, moet de gemeente nagaan wat voor ruimtelijke uitstraling het houden van zoveel dieren heeft. Zijn de effecten van het houden van zoveel chihuahua’s voor de omgeving zodanig dat het niet meer past binnen de woonfunctie?’
Geen objectieve gegevens
En dat heeft Utrecht volgens de bestuursrechter dus niet voldoende onderzocht. Hoewel er destijds een inspecteur op bezoek kwam, heeft deze alleen verslag uitgebracht over de situatie in huis en niet over het effect op de omgeving. ‘Er zijn dus geen objectieve gegevens over de ruimtelijke uitstraling van het houden van de chihuahua’s voorhanden. Daardoor heeft het gemeentebestuur het opleggen van deze dwangsom niet voldoende onderbouwd.’ De vrouw mag de honden houden en hoeft geen dwangsom te betalen. De gemeente moet de proceskosten voor het hoger beroep aan de vrouw vergoeden.
Geef een reactie