Met 390.000 woningen is het tekort op de woningmarkt hoog en dat blijft naar verwachting ook zo de komende jaren. De nieuwe coalitie heeft in de strijd tegen het woningtekort het gedogen van permanente bewoning van vakantiewoningen in haar akkoord opgenomen. Demissionair minister De Jonge onderzoekt momenteel al de mogelijkheden voor transformatie van vakantiewoningen.
De nieuwe gedoogconstructie is een stap in de goede richting om het tekort op de woningmarkt terug te dringen, reageert Sophie Kraaijeveld, sectorspecialist Real Estate bij ING Sector Banking. Hoewel ze er aan toevoegt dat gezien de aantallen waar het om gaat het ook niet veel meer zal betekenen dan ‘een druppel op de gloeiende plaat’.
1 op de 10 Zeeuwse huizen is vakantiewoning
De laatste jaren groeit de reguliere woningvoorraad minder dan 1 procent per jaar. Het potentieel vakantiewoningen neemt veel harder toe. Sinds 2018 is het aantal niet-woningen met een logiesfunctie – ofwel een gebouw voor een tijdelijk verblijf – tussen de 2 en 4 procent per jaar gestegen. In het eerste kwartaal van 2024 waren er 141.000 niet-woningen met een logiesfunctie. In 2012 waren dat er nog 111.600, aldus ING.
Er komen ook relatief gezien steeds meer vakantieverblijven in Nederland. Het aantal recreatieverblijven als percentage van de woningvoorraad steeg eind 2023 naar ruim 1,7 procent. In de provincies Gelderland, Friesland, Drenthe en Zeeland lagen de percentages allemaal boven de 2 procent van de provinciale woningvoorraad, met als uitschieter Zeeland dat de 10 procent aantikte in 2023.
Permanente bewoning
Hoewel exacte cijfers niet beschikbaar zijn, wonen volgens Kraaijeveld van ING momenteel naar schatting tenminste 55.000 mensen permanent in een vakantiewoning. Het CBS deed in opdracht van minister De Jonge naar het aantal vakantiewoningen, waar de particuliere eigenaar zich ook als bewoner heeft ingeschreven. Op 1 januari 2023 waren dat er 19.100.
Om het totale transformatiepotentieel van vakantiewoningen inzichtelijk te maken kunnen eigenaren of VvE’s van vakantiewoningen zich tot eind mei 2024 melden bij het ministerie van Binnenlandse Zaken, zo is afgesproken. Daarna zal blijken hoeveel mensen er permanent in vakantiehuizen kunnen wonen.
Transformatie naar woonwijk
Het gedogen van het permanent bewonen van vakantiewoningen komt bovenop de inventarisatie naar de transformatiemogelijkheden van vakantieparken naar woonwijken. Daarbij zijn ook andere inhoudelijke thema’s uitgewerkt, zoals het het tegengaan van (ondermijnende) criminaliteit op vakantieparken, het verbeteren van de ondersteuning van kwetsbare bewoners en het revitaliseren van niet-vitale vakantieparken. In een Kamerbrief van begin deze maand ligt hij de Vervolgaanpak vakantiewoningen verder toe. Zo is onder meer de inventarisatie van het transformatiepotentieel door provincies afgerond en is er een digitaal loket transformatie geopend.
Verouderde vakantieparken
Hoewel de totale aantallen misschien niet groot zijn, zou transformatie van vakantiewoningen naar reguliere woningen wellicht enig soelaas kunnen bieden voor het woningtekort. Een deel van de huidige vakantieparken in Nederland is verouderd en soms ook verpauperd.
De Veluwe, de eerste grote binnenlandse vakantiebestemming in de jaren zestig van de vorige eeuw, beschikt over zo’n 500 – vooral kleine – vakantieparken. Een aantal functioneren prima als vakantiebestemming, andere zijn een rommeltje. Nette huisjes staan er naast totaal vervallen exemplaren, aangeharkte tuintjes worden afgewisseld door stapels oude troep. De huisjes zijn vrijwel allemaal particulier bezit. Een deel wordt nu al – illegaal – permanent gewoond. Deze parken hebben nauwelijks tot geen vakantiefunctie meer en zouden in principe geschikt zijn voor transformatie naar woonwijken. Een positief neveneffect is dat je hiermee ook ondermijnende activiteiten en slechte huisvesting van arbeidsmigranten kunt aanpakken, waarvan op sommige parken sprake is.
Hardewijks vakantiepark wordt woonwijk
In Harderwijk hebben de afgelopen jaren al verschillende vakantieparken een woonbestemming gekregen. Op een daarvan staan wat grotere losstaande vakantiehuizen in een bosrijke omgeving, een ander wordt weer gekenmerkt door kleine geschakelde huisjes met de typerende gasbetongevels uit die tijd. Vooralsnog levert de verandering in een woonbestemming van de parken in Harderwijk nog niet veel nieuwe woningen voor starters of andere geïnteresseerden op de woningmarkt op. De mensen die er een huisje hadden en er vaak al illegaal permanent bivakkeerden, zijn er grotendeels blijven wonen. Maar de eerste huizen komen langzaamaan te koop voor marktconforme prijzen.
Rene Hegeman says
Het is geen druppel op een gloeiende plaat. Dat wordt continu door alle gemeente’s naar voren gebracht.
De cijfers hierover genoemd, is slechts een ruwe schatting. Nu pas, vanaf dit voorjaar is er een aanmeldingsformulier die men tot eind mei in kon vullen, om duidelijkheid over de aantallen te krijgen.
Heel veel mensen met een recreatiewoning in hun bezit, willen hier maar al te graag hun oude dag slijten, of kleiner gaan wonen. Dan kunnen ze hun eigen huis verkopen, zodat er weer roulatie is.
Nu blijven veel eigenaren met twee woningen zitten, omdat het niet wordt gedoogd.
Aan alle kanten is dit een groot voordeel, wanneer er afdwingbare duidelijkheid is tot gedogen. De huisjes staan er al, zijn vaak goed opgeknapt en voldoen aan de eisen van het bouwbesluit.
De recreatiewoningen die wel enige opknapping vereisen, kunnen mooi door starters worden benut, omdat daar de prijzen gunstiger van zijn.
Ook qua aansluitngen op het net, denk aan gas,water,electra is dit al geregeld, en ben je verder niet meer van nutsbedrijven afhankelijk.
Er komt weer doorstroming.
Michiel Visser says
Goedendag,
Twee stukken in één nieuwsbrief, maar het verband wordt niet gelegd.
Daarom doe ik het maar:
*permanente bewoning en recreatie gaat beperkt samen.
*Op recreatieparken zijn -vooral op oudere parken- de woningen relatief klein en de infrastructuur niet geschikt voor veel en haastig verkeer.
*ouderen/ pensionarissen leven als permanente recreanten. Dat sluit naadloos aan bij de mentaliteit van de recreatieve gebruikers.
*op oudere parken zijn de percelen meestal relatief groot. Ook dat vraagt een attitude die meer past bij mensen met een traag leeftempo. Anders dreigt verstening, overmatige bomenkap en “verschutting “.
*Een combinatie van recreanten , jong-bejaarden en echte ouderen levert vaak een uitstekende sfeer voor onderlinge zorg (sociaal) en zelfs verzorging (fysiek).
*het gedogen van bewoning van recreatiewoningen door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt bevordert de doorstroming van groot wonende stellen en eenlingen als het nest leeg is geraakt.
*dit levert een veel langdurige bijdrage aan het oplossen van het woonprobleem dan een eenmalige transitie.
*een transitie heeft als secundair effect dat de prijzen van de huizen verdubbelen of erger: de bijdrage aan het woningbestand valt daardoor in een duurdere categorie dan waar het echte pijn punt zit.
*een transitie van parken in het buitengebied heeft aanzienlijke invloed op de omgeving: het is niet voor niets dat oudere bestemmingsplannen en provinciebesturen hier altijd belangrijke bezwaren tegen hebben gehad.
Klaas Mulder says
Michiel,
Het vooroordeel dat permanente bewoning en recreatie niet goed samen gaan wordt niet door onderzoek ondersteund. Je moet onderscheid maken tussen slecht beheerde parken (waar elke vorm van ellende kan plaatsvinden) en parken met goed beheer. Op die laatste parken kan de permanente aanwezigheid van een deel van de mensen juist zorgen voor beter toezicht, draagvlak voor voorzieningen en een goede financiële basis.
Dat de woningen klein zijn betekent niet altijd dat de bewoners dit vervelend vinden. En laten we niet doen of ze iets te kiezen hebben. Zonder vakantiewoning zouden ze waarschijnlijk in een nog veel kleiner huisje zonder tuin in de stad wonen, waarschijnlijk tegen een veel hogere huur.
Uit onderzoek onder gezinnen bleek dat gezinnen die hier bewust voor gekozen hebben (dus niet de noodgevallen) het echt heerlijk vinden hier. Niet alle kinderen zijn hinderen …
Totale transitie heeft waarschijnlijk inderdaad veel meer negatieve gevolgen voor de omgeving dan het toestaan van bewoning door mensen die passen bij de sfeer, de woningen en de buren op een park. Over die prijseffecten van transitie heb je waarschijnlijk ook gelijk, maar er is nog geen goed onderzoek naar gedaan.
Bert Nijssen says
Prima oplossing om op korte termijn iets te doen aan woningnood. Voor een deel ook legalisering van een bestaande situatie. Maar is er ook nagedacht over de langere termijn-risico’s? Denk bijvoorbeeld aan brandveiligheid- en gezondheids- vereisten (ventilatie, isolatie, etc). Vakantiewoningen voldoen meestal niet aan dit soort voorschriften voor gewone woningen. Is er nog een weg terug, of accepteren we deze risico’s?