Het aantal kinderen dat woont in een bijstandsgezin blijft toenemen. In 2016 ging het om 230 duizend (minderjarige) kinderen, 2,1 procent meer dan het jaar ervoor. Sinds 2012 is het aantal ieder jaar gestegen, meldt het CBS.
Vergeleken met 2015 kwamen er in 2016 kwamen meer bijstandskinderen met een overig niet-westerse migratieachtergrond. In 2016 ging het om 78 duizend kinderen, bijna 10 duizend meer dan in 2015. In alle andere herkomstgroeperingen nam het aantal bijstandskinderen juist af.
Stijging
Ruim twee derde van alle kinderen in bijstandsgezinnen had in 2016 een migratieachtergrond. Van deze groep kwam 50 procent uit een overig niet-westers land, in 2012 gold dat voor 39 procent. De stijging in 2016 kwam vooral door instroom van vluchtelingen uit Syrië en Eritrea in de bijstand. Het aantal bijstandskinderen uit Somalië of Afghanistan was wat lager dan in 2015.
Van alle kinderen met een overig niet-westerse migratieachtergrond woonde 30 procent in 2016 in een bijstandsgezin. Bij alle andere herkomstgroeperingen nam het aandeel kinderen dat in een bijstandsgezin leeft juist licht af.
Ook het aantal minderjarige kinderen in gezinnen die drie jaar of langer een bijstandsuitkering ontvangen, nam in 2016 toe met 4.400 tot ruim 114 duizend kinderen. Dat is de helft van alle kinderen in bijstandsgezinnen.
Gemeenten
De gemeenten Rotterdam, Heerlen, Groningen en Amsterdam hadden eind 2016 de hoogste percentages kinderen in een bijstandsgezin. Zo woonde 17 procent van alle Rotterdamse kinderen in een gezin dat afhankelijk is van een bijstandsuitkering.
Geef een reactie