Voor de berekening van de boete in bijstandszaken geldt vanaf vandaag een beslagvrije voet van 95 procent van de toepasselijke bijstandsnorm, in plaats van 90 procent. Dat is het gevolg van een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB).
De CRvB loopt hiermee vooruit op de inwerkingtreding van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet. Deze moet op 1 januari 2021 ingaan. Door de uitspraak moeten ook bestuursorganen die een boete opleggen vanaf nu al uitgaan van de wet. Hierbij gaat de beslagvrije voet voor mensen met een schuld en een inkomen op of onder bijstandsniveau, naar een vast percentage van 95 procent van het netto inkomen inclusief vakantietoeslag.
Oproep
De Wet vereenvoudiging beslagvrije voet moet mensen met een schuld beschermen tegen een te laag inkomen. In februari vorig jaar riep de staatssecretaris van Sociale Zaken gemeenten op alvast vooruit te lopen op de invoering van deze wet. De CRvB doet dat in de uitspraak van vandaag. Vooral omdat de invoering van de wet niet om inhoudelijke, maar om praktische en technische redenen is uitgesteld. Ook wil de raad verschillen voorkomen ‘met door gemeenten opgelegde boetes waarbij aan de oproep van de staatssecretaris gehoor is gegeven’.
Uitspraak
De zaak bij de CRvB ging om een man met bijstand die een boete kreeg voor het schenden van de zogenoemde inlichtingenverplichting. De gemeente nam volgens de raad van beroep bij de vaststelling van de boete een te hoog benadelingsbedrag als uitgangspunt. Daarom bepaalde de CRvB de hoogte van de boete. In tegenstelling tot de gemeente hield de raad rekening met de huidige financiële omstandigheden van de man. Ook is uitgegaan van de nieuwe beslagvrije voet van 95 procent. De boete is nu 1347,24 euro in plaats van 5467 euro. De gemeente Gilze en Rijen moet de procedurekosten van ruim 2600 euro aan de man vergoeden.
Maarten Bergman says
In het artikel wordt terminologie door elkaar gehaald. Waardoor het artikel inhoudelijk rammelt. De titel klopt evenmin. Het lijkt erop alsof de schrijver niet geheel ter zake kundig is.
De vaststelling van een boete in geval van schenden van de zogenoemde inlichtingenplicht, is iets heel anders dan de berekening van de beslagvrije voet.
De berekening van de beslagvrije voet verandert (vermoedelijk) met ingang van 1 januari 2021. De aangehaalde uitspraak van de CRvB loopt hierop vooruit.
Aan de wijze van vaststellen van de boete is niets veranderd. Wel heeft de CRvB het benadelingsbedrag opnieuw vastgesteld, in dit geval lager, wat tot een lagere boete heeft geleid.
Omdat de gemeente in kwestie de opgelegde boete verrekend met de bijstandsuitkering, refereert de CRvB aan de aankondiging van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 13 februari 2019 om de gemeenten op te roepen te anticiperen op de inwerkingtreding van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet.
En zo ontstaat dus een uitspraak waarin zowel de beslagvrije voet, als de hoogte van de boete worden aangepast.
Boetes worden dus NIET volgens een nieuwe norm berekend.
Laura Wennekes says
Beste Maarten, hartelijk dank voor uw reactie. Een nieuwe norm is inderdaad niet vastgelegd, de titel is daarom ook aangepast, verder verwijst het artikel inhoudelijk naar de nieuwe lijn zoals CRvB zelf benoemt: https://www.rechtspraak.nl/Organisatie-en-contact/Organisatie/Centrale-Raad-van-beroep/Nieuws/Paginas/Nieuwe-lijn-voor-vaststellen-boetes-in-bijstandszaken.aspx (voor de duidelijkheid is de link naar deze uitleg ook in het artikel toegevoegd). ‘De Centrale Raad van Beroep (CRvB) gaat bij het vaststellen van de hoogte van de boete in bijstandszaken niet langer uit van een beslagvrije voet van 90% maar van 95% van de toepasselijke bijstandsnorm. Deze uitspraak heeft tot gevolg dat ook bestuursorganen die een boete opleggen en rechters die zelf een boete vaststellen vanaf nu zullen moeten anticiperen op de invoering van deze wet.’
‘De vaststelling van een boete in geval van schenden van de zogenoemde inlichtingenplicht, is iets heel anders dan de berekening van de beslagvrije voet.’ Dat klopt helemaal, alleen is in deze zaak bij de berekening van de boete naast andere zaken uitgegaan van een beslagvrije voet van 95%. ‘Bestuursorganen zoals gemeenten en de Sociale Verzekeringsbank zullen ook vanaf vandaag bij het opleggen van boetes in deze zaken niet langer moeten uitgaan van een beslagvrije voet van 90% maar van 95% van de toepasselijke bijstandsnorm.’
Hopelijk schaft dit voldoende duidelijkheid.