Er zijn mooie resultaten gehaald bij de aanpak van geldzorgen, armoede en schulden. Dat schrijft demissionair minister Schouten (Armoedebeleid) in de voortgangsrapportage. Wel maakt ze zich ‘grote zorgen’ over het aantal inwoners dat in de schulden raakt en dan vooral jongeren.
In de voortgangsrapportage ‘Aanpak geldzorgen, armoede en schulden’ beschrijft Schouten de stand van zaken bij armoedebestrijding. Hoewel de prijzen hard stegen, heeft de overheid ook veel maatregelen kunnen nemen om te zorgen dat mensen met een laag inkomen het beter kregen. ’Zo zijn er minder mensen met een inkomen onder de armoedegrens. Ook groeien er veel minder kinderen op in armoede. Tegelijkertijd moet er nog veel gebeuren om de doelstellingen te halen.’
Minder onder de armoedegrens
Een minder groot deel van de inwoners leeft onder de armoedegrens, in vergelijking met toen het kabinet begon (van 6,1 procent naar 4,7 procent). Het aantal mensen dat aangaf moeilijk tot zeer moeilijk rond te komen daalde van 13 procent in 2022 naar 9 procent. Die daling komt door structurele maatregelen, schrijft de minister. ‘Zo is de afgelopen periode het wettelijk minimumloon verhoogd. De bijstand en de AOW zijn daaraan gekoppeld en gingen dus ook omhoog. Daarnaast verhoogde het kabinet het kindgebonden budget. En mensen krijgen sinds dit jaar meer huurtoeslag.’
Aantal mensen met schulden neemt toe
Uit de rapportage blijkt ook dat het aantal mensen dat door schulden in de problemen komt nog steeds toeneemt. De afgelopen jaren was er sprake van een lichte stijging. Van 7,7 procent in 2021 naar 8,8 procent van de Nederlanders in 2023. Tegelijkertijd vragen minder mensen om schuldhulp.
Het kabinet neemt een aantal maatregelen om dat te veranderen. Zo wil het vooral mensen met beginnende schulden bereiken, om te voorkomen dat zij echt in de problemen komen. En dan op plekken waar mensen elkaar ontmoeten, zoals bij huisartsen en op scholen. Er moet daarnaast een basisniveau van schuldhulpverlening komen, voor meer toegankelijke hulp die in iedere gemeente uit minimaal dezelfde elementen bestaat.
Ook werkt het kabinet aan één betalingsregeling voor alle betalingen aan het Rijk. Dat moet zorgen dat mensen minder vaak een schuld bij de overheid hebben.
Jongeren
De minister maakt zich ‘grote zorgen’ over het aantal mensen met schulden. ‘Zeker bij jongeren. Zij hebben hun hele toekomst nog voor zich en moeten daar onbezorgd aan kunnen beginnen. Een schuld is zo gemaakt, maar kan je lang achtervolgen.’
In 2023 kochten minderjarigen 600.000 keer iets op afbetaling, zo blijkt uit cijfers van de Autoriteit Financiële Markten. Ook al is dit verboden. ‘Dit is zeer zorgelijk. Vooral omdat kinderen de gevolgen van dit soort schulden niet kunnen overzien.’ Volgens Schouten hebben aanbieders toegezegd dat zij bij alle gebruikers gaan controleren of de opgegeven geboortedatum correct is. Ook wil de Europese Unie strengere regels voor kopen op afbetaling. Het kabinet wil deze dan zo snel mogelijk omzetten naar Nederlandse wetgeving.
Daarnaast worden er op scholen lessen over geld gegeven. Zo kregen 27 mbo-opleidingen afgelopen jaar hier subsidie voor (8,4 miljoen euro), 23 scholen geven ook financiële begeleiding aan studenten met geldzorgen. In 2025 kunnen basisscholen ook subsidie aanvragen voor lessen over geld.
Verborgen voedselnood
Het kabinet zette ook in op voedselhulp via het Nederlandse Rode Kruis, de Voedselbank en het Armoedefonds en met het uitdelen van maaltijden op scholen. Het belang van aandacht voor voedselhulp blijft groot, aldus de minister.
Uit onderzoek in opdracht van het Rode Kruis blijkt dat in Nederland meer dan 450.000 mensen verborgen voedselnood hebben. Zij eten niet voldoende of niet voldoende gevarieerd en krijgen geen voedselhulp, terwijl ze dat wel willen. Bijvoorbeeld inwoners met een inkomen dat te hoog is voor de voedselbank, maar die door een levensgebeurtenis als een sterfgeval of verhuizing in de problemen komen. Of door schaamte geen hulp vragen, niet bekend zijn met beschikbare hulp of wantrouwen hebben richting de overheid.
Oproep aan gemeenten
De ondersteuning vanuit Voedselbanken en het Rode Kruis heeft een ’tijdelijk en noodzakelijk karakter’ en richt zich op een basale levensbehoefte. Daarom roepen Schouten gemeenten op ‘om ervoor te zorgen dat wanneer een bijstandsgerechtigde een boodschappenkaart of een voedselpakket ontvangt, dit geen gevolgen heeft voor de hoogte van de bijstandsuitkering of voor toegang tot andere gemeentelijke minimaregelingen.’
Geef een reactie