Het kabinet en gemeenten zijn het eens over één landelijk tarief voor de jeugdbescherming en jeugdreclassering. Om dit haalbaar te maken investeren ze jaarlijks 60 miljoen euro om het aantal cliënten per jeugdbeschermer, en daarmee de werkdruk, te verlagen. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) noemt de situatie in de jeugdbescherming op dit moment nog steeds ‘zeer zorgelijk’.
‘Het Rijk en de VNG zien het als een gezamenlijke opgave om deze verlaging van de workload voor de GI’s mogelijk te maken,’ schrijft demissionair minister Weerwind van Rechtsbescherming. Het is volgens de partijen niet realistisch om komend jaar in alle regio’s al volledig naar de nieuwe landelijke normen te werken.
2024 overgangsjaar
In maart bereikten werkgevers en FNV Jeugdzorg al een akkoord over het verminderen van de werkdruk bij jeugdbeschermers en het afbouwen van het aantal casussen dat ze onder hun hoede hebben. Maar dat kost tijd. Daarom wordt 2024 een overgangsjaar naar een dekkend landelijk tarief in 2025, in dat jaar moet ook de beoogde werkdrukverlaging er daadwerkelijk komen. Er is afgesproken dat gemeenten dit waar het kan eerder mogelijk maken en ondersteunen.
Nieuw tarief
Het verschil tussen de huidige tarieven en het nieuwe tarief is bij gelijkblijvende aantallen cliënten 60 miljoen euro. Het Rijk draagt met ingang van 2024 structureel 30 miljoen euro per jaar bij. Dit komt uit de 50 miljoen euro die het kabinet bij de Voorjaarsnota toezegde. Gemeenten leggen volgend jaar 25 miljoen euro in en vanaf 2025 jaarlijks 30 miljoen euro. Mits de cliëntenaantallen in de tweede helft van 2023 genoeg dalen- om dit te bekostigen uit de gelijkblijvende budgetten.
Zij-instroomregeling
Verder is de zij-instroomregeling voor jeugdbeschermers een succes en wordt daarom verlengd. Met deze regeling kunnen mensen die vanuit een andere baan komen worden opgeleid tot jeugdbeschermer. Daarvoor is in zowel 2024 als 2025 een bedrag van 10 miljoen euro. Het werven van deze zij-instromers is volgens de VNG noodzakelijk om in 2025 voldoende jeugdbeschermers beschikbaar te hebben.
Signalen
Ondertussen ‘blijft de staat van de jeugdbescherming en jeugdhulp zeer zorgelijk’. Dat meldt de IGJ in het derde signaal over de jeugdbescherming. De inspectie publiceert vanaf dit jaar de Signalen Jeugdbeschermingsketen. ‘Ondanks de inzet van de jeugdbeschermers, betrokken professionals en het toezicht van de inspectie is de situatie in de jeugdbeschermingsketen onverminderd slecht. De oorzaken van de crisis zitten in het stelsel en zijn nog steeds niet opgelost,’ aldus de IGJ.
Problemen
De problemen in de jeugdbescherming zijn er al sinds gemeenten door de invoering van de Jeugdwet in 2015 deze vorm van jeugdzorg lokaal moeten organiseren. Het idee was dat gemeenten dichter bij kind en gezin staan en dus meer maatwerk kunnen leveren. In de praktijk leidt dit tot een onoverzichtelijke en onwerkbare situatie voor gemeenteambtenaren én hulpverleners. Dat concludeerde de Algemene Rekenkamer dit voorjaar in het rapport Georganiseerde Onmacht.
Geef een reactie