Het kabinet moet weer om tafel met gemeenten over de hervorming van de jeugdzorg. Daarbij zou het de voorgenomen bezuinigingen uit het coalitieakkoord moeten loslaten. Dat vindt een meerderheid in de Eerste Kamer.
Veel oppositiepartijen verenigden zich halverwege vorige maand in het debat over de regeringsverklaring. De coalitie heeft geen meerderheid in de senaat, iets waarvan de oppositie van links tot rechts dankbaar gebruikmaakte tijdens de krachtmeting met premier Rutte.
Meerderheid
Met steun van de PvdA, de fractie-Nanninga (JA21), PVV, SP, Partij voor de Dieren, 50PLUS, de fractie-Otten, SGP en de Onafhankelijke Senaatsfractie kon het voorstel van GroenLinks-fractievoorzitter Paul Rosenmöller om niet vast te houden aan de bezuinigingen op een meerderheid rekenen. Rutte ontraadde nog tevergeefs de motie, die bij de stemming vorige week werd aangenomen.
Lelijk eendje
Senator Rosenmöller noemde de ‘niet onderbouwde, platte bezuiniging’ van 500 miljoen het ‘lelijke eendje in dit coalitieakkoord’. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zond vóór het debat een brief aan de Eerste Kamer: ‘De bezuiniging is niet onderbouwd en raakt op deze manier kwetsbare kinderen. Daarnaast neemt het kabinet op deze manier de uitspraak van de Commissie van Wijzen niet serieus.’
En verder: ‘Deze eenzijdige actie dient ongedaan te worden gemaakt, zoals ook is vastgesteld op de Algemene Ledenvergadering van de VNG. Tot die tijd zullen gemeenten en de VNG niet verder gaan met de vormgeving en besluitvorming over de noodzakelijke Hervormingsagenda Jeugd.’
Jeugdzorgmedewerkers
Ook jeugdzorgmedewerkers zijn het niet eens met de kabinetsplannen. Zij stelden al een ultimatum aan de regering, maar dat leidde tot niets. De FNV eiste dat bezuinigingen voor de sector van tafel zouden gaan en dat rijksgelden voor jeugdzorg ‘geoormerkt’ worden voordat deze richting gemeenten vloeien. Om hun eisen kracht bij te zetten gaan jeugdzorgmedewerkers op 15 maart staken.
Geef een reactie