Nederland is dit jaar – mede door armoede en problemen met jeugdzorg – verder gezakt op de internationale ranglijst voor kinderrechten. Hiermee belandt ze op de vijftiende plaats, onder minder welvarende landen als Thailand, Tunesië. en Slovenië.
Dit meldt internationale kinderrechtenorganisatie KidsRights, die de KidsRights Index 2017 in samenwerking met de Erasmus Universiteit heeft gepubliceerd.
Decentralisaties
De daling komt onder meer doordat relatief veel Nederlandse kinderen in armoede leven en gezinnen met minimuminkomens werden geraakt door de bezuinigingen, Maar ook doordat de toegang tot en de kwaliteit van de jeugdzorg als gevolg van de decentralisaties nog niet in alle gemeenten op orde is. Nederland zou volgens de Index op deze punten nog flinke verbeteringen kunnen maken.
Een jaar eerder kelderde Nederland al van een tweede naar een dertiende plaats. “Nu het Nederland economisch weer voor de wind gaat, moeten kwetsbare kinderen daar als eersten van profiteren’”, zegt Marc Dullaert van KidsRights. De organisatie pleit ervoor dat overheden blijven investeren in kinderen en gezinnen die in armoede leven, om te voorkomen dat armoede van generatie op generatie overgaat.
Financiële draagkracht
De jaarlijkse ranglijst laat van 165 landen wereldwijd zien hoe de kinderrechten er voor staan. Portugal staat dit jaar voor het eerst op een, gevolgd door Noorwegen, Zwitserland, IJsland, Spanje, Frankrijk, Zweden, Thailand, Tunesië en Finland.
Veel geïndustrialiseerde landen investeren volgens KidsRights in verhouding te weinig in kinderrechten. Bij de beoordeling wordt ook gekeken naar de financiële draagkracht van een land.
Geef een reactie