Daarnaast dragen ontoereikende diagnostiek, te lang te lichte hulp en het ontbreken van nazorg bij aan toename van het aantal crisisplaatsingen in de gesloten jeugdzorg. Dat blijkt uit signalen die de Kinderombudsvrouw in 2016 ontving van kinderen, ouders en jeugdhulpprofessionals en op basis van eigen kwantitatief en kwalitatief onderzoek. De uitkomsten zijn gepubliceerd in een rapport waarin de huidige stand van zaken in de jeugdhulp wordt weergegeven.
Zwaarder
De Kinderombudsman constateert allereerst dat de jeugdhulp nog steeds niet toegankelijk genoeg is. Zo blijken kinderen en ouders vaak niet te weten waar ze terecht kunnen als ze hulp nodig hebben of moeten ze lang wachten op hulp waardoor de problematiek kan verergeren. Ook komt het voor dat de hulpvraag van een kind niet goed wordt ingeschat waardoor het kind geen passende hulp krijgt. Daarnaast zetten gemeenten soms te lang in op goedkopere lichte hulp terwijl zwaardere hulp nodig is. De situatie van een kind kan daarmee verslechteren en zelfs uitmonden in een crisissituatie.
Het onderzoek bevestigt de door de Kinderombudsman ontvangen signalen dat het aantal crisisplaatsingen in de gesloten jeugdzorg toeneemt. Acht van de dertien instellingen die werden bevraagd schat de verhouding crisis- en reguliere plaatsingen op 70/30 procent waar die voorheen 50/50 procent was.
Handelswijzen
Een andere conclusie is dat de interpretatieruimte die de Jeugdwet biedt door de gemeenten en jeugdhulpaanbieders soms op een zodanige wijze wordt ingevuld dat de belangen van kinderen worden geschaad. Voorbeelden hiervan zijn het oneigenlijk gebruik van ‘drang’ door professionals uit het wijkteam om ouders tot medewerking te bewegen. Of het lang inzetten op eigen kracht bij gezinnen voor wie dat middel niet geschikt is. Of het gebruik van toestemmingsverklaringen voor het opvragen, bewaren en delen van persoonsgegevens, als voorwaarde voor jeugdhulp. Deze handelwijzen geven een risico op rechtsongelijkheid en op inperking van de rechtsbescherming van kinderen.
Open deur
Een oorzaak voor de geconstateerde knelpunten is volgens de Kinderombudsman de manier waarop in wijkteams wordt vastgesteld wat er met het kind aan de hand is en wat het nodig heeft. “Het is van groot belang dat de zorgbehoefte van het kind bij het toekennen van hulp leidend is. Dat klinkt als een open deur, maar ik vermoed dat jeugdhulpbeslissingen op veel plaatsen nog niet worden genomen in overeenstemming met het VN-kinderrechtenverdrag.” Als de jeugdhulp niet op die manier wordt vastgesteld, bestaat een aanzienlijk risico dat niet de juiste hulp wordt toegekend en geboden.
Geef een reactie