Afgelopen vijf jaar stroomden vooral jongeren, alleenstaanden en mensen met een migratieachtergrond de bijstand in. Bij de uitstroom was te zien dat het mensen van boven de 45 jaar relatief minder vaak lukte om uit de bijstand te komen dan andere leeftijdscategorieën.
Dit blijkt uit de publicatie In-, uit- en herinstroom bijstand 2016 – 2021 van de Divosa Benchmark Werk & Inkomen. Het onderzoek is samen met adviesbureau BMC en Stimulansz uitgevoerd. De benchmark is bedoeld voor gemeenten en geeft inzichten en informatie. Welke groepen stromen bijvoorbeeld het vaakst in en relatief snel weer uit de bijstand? Of keren daarna alsnog weer terug?
In de afgelopen vijf jaar stroomden gemiddeld minder mensen de bijstand in, ondanks een stijging in 2020. Volgens cijfers van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) nam per saldo het aantal mensen in de bijstand sinds 2016 met ongeveer 50.000 af: van 464.500 aan het einde van 2016 naar 414.000 aan het eind van 2021. De kans om uit te stromen is echter niet voor iedereen even hoog.
Oververtegenwoordigd
Jongeren tot 35 jaar maken ongeveer de helft uit van de instroom in de bijstand. In 2020 kwam dit percentage, iets hoger uit op 55 procent. Ook alleenstaanden en mensen met een migratieachtergrond behoren tot de groepen die sterk zijn vertegenwoordigd
Maar deze deze groepen zijn óók oververtegenwoordigd bij de uitstroom. Jongeren lukte het bijvoorbeeld vaak op eigen kracht uit de bijstand nieuwe vormen van werkgelegenheid te vinden. Daarnaast is ook de percentuele uitstroom van mensen met een migratieachtergrond toegenomen in de afgelopen vijf jaar.
Vrouwen stromen volgens Divosa relatief minder vaak uit dan mannen. Dit verschil is sterker bij alleenstaanden en alleenstaande ouders, aldus de organisatie. Als het vrouwen lukt uit de bijstand te komen, dan is dat meestal omdat ze zelf een betaalde baan vinden. Maar het aandeel mannen dat uitstroomt naar werk is groter.
Ouderen minder makkelijk uit bijstand
Het aandeel 45-plussers dat uitstroomt, is sinds 2019 afgenomen. Daarnaast is volgens het rapport te zien dat oudere mensen die wél uitstromen, relatief langer in de bijstand verbleven. Over de hele periode is een toename te zien van het aandeel 55-plussers in de bijstand.
Hoe ouder je bent, hoe moeilijker het is om uit de bijstand te stromen, zo luidt de conclusie. Gertru Diender, directeur Participatie en Maatschappelijke ontwikkeling bij de gemeente Leiden en bestuurslid van Divosa, richt zich in het voorwoord van de publicatie tot de lokale overheid. ‘Ik hoop dat het gemeenten lukt om mensen die langer in de bijstand zitten, meer steun te bieden om ze naar werk te begeleiden.’
Uitstroomkans steeds kleiner
Divosa keek ook naar de duur van de bijstand voordat mensen weer uitstromen. Over de hele periode stroomt 44 procent binnen het eerste jaar uit, 16 procent binnen het tweede jaar en 10 procent binnen het derde jaar. ‘Naarmate iemand langer een bijstandsuitkering ontvangt, wordt de kans dat diegene werk vindt en uitstroomt kleiner,’ aldus de organisatie.
Experimenten met bijstand
In verschillende gemeenten wordt momenteel geëxperimenteerd met de bijstand om bepaalde inwonersgroepen extra te ondersteunen. Zo wordt in Den Haag en Heerlen samenwonen op proef mogelijk, zonder directe gevolgen voor een uitkering. Rotterdam laat de kostendelersnorm voor jongeren los. En ook Arnhem experimenteert. Zo telt hier binnenkort de kostendelersnorm voor jongeren niet meer en kunnen inwoners een half jaar gaan samenwonen met volledig behoud van hun bijstandsuitkering.
De gemeente Amsterdam stelde de regeling voor de zogenoemde bijverdienpremie recent open voor alle bijstandsgerechtigden in de gemeente. Inwoners met een uitkering kunnen door te werken een belastingvrije premie verdienen. De gemeente Utrecht gaat kwetsbare jongeren sneller bijstand verlenen. Zo wil de gemeente voorkomen dat zij onnodig in de schuldhulp of buiten beeld raken.
klaver says
er zijn zoveel verschillende systemen dat de burger de weg niet meer ziet, je valt van werk uit naar de ww en daarna in bijstand. die sturen je vervolgens weer naar het uwv voor een re integratie of opleidingstraject als bij gemeente het geld ontbreekt.
de markt zit wel te springen om werknemers maar willen ze vaak niet meer in vaste dienst verband, dus die dure opleiding of certificaten moet je voor minimumloon zien terug te verdienen en dankzij die bijstand zonder noemenswaardig startkapitaal. geen wonder dat mensen ZZP werk doen en hun eigen tarieven stellen.
Wil Driessen says
Waar je niet naar kijkt dat zie je niet: In het onderzoek is niet gekeken naar het aantal mensen met een bijstandsuitkering die een arbeidsbeperking hebben. Het is voor deze mensen waarschijnlijk moeilijk om een baan te verwerven, vraag is ook of gemeenten veel doen om deze mensen aan een baan te helpen, het kost immers veel (geld) om voor hen een baan te vinden. Volgens het rapport van Berenschot “Aantallen en financiën Participatiewet” gaat het aantal mensen met een arbeidsbeperking in de bijstand met 170.000 toenemen, immers: er is geen instroom meer in de WSW, de Wajong is alleen nog voor mensen die duurzaam en volledig arbeidsongeschikt zijn en een WIA-uitkering is alleen nog maar voor mensen waarvan de arbeidsongeschiktheid met meer dan 35% is afgenomen.