Uit het eerder deze week verschenen onderzoeksrapport ‘Armoede in Nederland 2013’ blijkt dat kerkelijke organisaties een zeer actieve rol spelen in lokale armoedebestrijding. Het aantal aanvragen voor hulp is sinds 2010 gestegen van 33.963 naar 39.481. Met name de grote steden hebben te maken met een forse stijging van het aantal aanvragen.
Diaconale organisaties vinden dat er sprake moet zijn van noodhulp als zij bijspringen. De realiteit blijkt echter anders; grote groepen burgers zijn langdurig afhankelijk geworden van diaconale hulp. Hun positie is dermate kwetsbaar dat hun recht op het opbouwen van een zelfstandig economisch bestaan teniet is gedaan. De zorg- en beschermingstaak van de overheid blijkt te kort te schieten.
Oproep
Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van een groot aantal kerkgenootschappen. Zij doen een beroep op de (lokale) overheid om standaard gebruik te maken van het instrument ‘armoede effect rapportage’, zodat bij elke nieuwe maatregel op alle beleidsterreinen vooraf en achteraf getoetst wordt of deze de (kans op) armoede vergroot. Ook roepen ze op tot samenwerking met het interkerkelijk initiatief SchuldHulpMaatje, waarbij mensen in schulden begeleid worden.
Manuren
De diaconale hulpverlening vraagt de nodige inzet aan uren van betrokken diakenen, bestuurders en vrijwilligers. De meting van vrijwillige inzet vanuit diaconale organisaties in het kader van armoedebestrijding laat zien dat kerken een bijdrage leveren van in totaal bijna 1,8 miljoen uur, ofwel zo’n 950 fulltime beroepskrachten.
Meer lezen over het Armoedeonderzoek? Neem een abonnement op Sociaal Bestek >>
Geef een reactie