Er moet een offensief komen tegen laaggeletterdheid. Het huidige beleid werkt namelijk niet, te weinig mensen leren goed lezen.
,,Er moet veel meer gebeuren”, zegt Marja van Bijsterveldt van de Stichting Lezen & Schrijven in een verklaring. Haar oproep wordt gedeeld door de Sociaal Economische Raad, de Vereniging Nederlandse Gemeenten, de MBO-Raad, werkgeversclub VNO-NCW, vakbond FNV en de vereniging van bibliotheken.Volgens Van Bijsterveldt wordt laaggeletterdheid onderschat. ,,Het aantal laaggeletterden neemt toe door vergrijzing, door toestroom van inburgeraars en doordat er nog steeds jongeren met onvoldoende taalvaardigheden van school komen”, zegt de oud-minister. Meer mensen moeten taalles krijgen, maar het beschikbare geld is volgens haar ,,een druppel op de gloeiende plaat”. Daarom willen de organisaties dat er meer geld vrijkomt.
Rekenkamer kritisch
Het lukt niet goed om iets te doen tegen laaggeletterdheid. Volgens een rapport van de Rekenkamer doet de overheid te weinig en is het niet duidelijk hoe de aanpak ervoor zorgt dat het aantal laaggeletterden afneemt. Er is een ,,kloof tussen het probleem en de aanpak”, noemt de Rekenkamer dat.
Hoge kosten, breder probleem
Volgens officiële cijfers kunnen 1,3 miljoen mensen in Nederland niet goed genoeg lezen en schrijven. Ze zitten onder vmbo-niveau. Maar het probleem is groter, schrijft de Rekenkamer: wie niet kan omgaan met cijfers of met alledaagse technologie, is ook laaggeletterd. En dan zou het om 2,5 miljoen Nederlanders gaan, een op de vijf volwassenen, terwijl de aanpak van de overheid zich niet op die groepen richt. Bovendien zijn 65-plussers niet meegenomen in de cijfers. Laaggeletterden zijn vaker arm, hebben een slechtere gezondheid, weinig vertrouwen in de politiek en hun kinderen doen het slechter op school. Dit kost jaarlijks ruim 550 miljoen euro.
Decentralisatie
Volgens Jantine Kriens, voorzitter directieraad Vereniging Nederlandse Gemeenten komt het probleem door de decentralisatie nog sneller en vaker om de hoek kijken: “Laaggeletterdheid is het onderliggende probleem waardoor mensen op veel vlakken niet mee kunnen doen. Door de decentralisatie van taken krijgen gemeenten nog meer te maken met deze drempel voor mensen om zelfstandig hun zaken te regelen. Bij de aanpak van laaggeletterdheid moet naar het bredere maatschappelijke probleem worden gekeken. Daarom hebben gemeenten grote behoefte aan een gezamenlijke offensieve aanpak van laaggeletterdheid. Een Taaloffensief dus!”
Budget
In 2015 was € 65 miljoen rijksgeld beschikbaar, voor dit jaar € 74 miljoen. Van dit bedrag wordt € 56 miljoen via gemeenten verdeeld over ROC-instellingen en andere aanbieders van cursussen voor volwassenen. De rest van het rijksbudget is beschikbaar voor het ontwikkelen van lesmateriaal en taalnetwerken. Daarvan mag de Stichting Lezen & Schrijven € 11 miljoen uitgeven voor onder meer de samenwerking tussen lokale en landelijke organisaties.
Bussemaker
Het kabinet wil dat 45.000 mensen in de komende jaren beter Nederlands beheersen. Maar het kabinet heeft niet bepaald wanneer iemand precies beter Nederlands beheerst. En daardoor is ook niet duidelijk of het beleid vruchten afwerpt. Minister Jet Bussemaker (Onderwijs) had vorig jaar gezegd dat het niet helpt om meer geld uit te trekken. ,,Ook als ik meer geld zou hebben, kan ik niet zonder meer van die 45.000 ineens 100.000 mensen maken”, zei ze in de Tweede Kamer. De Rekenkamer ziet dat anders. Mede door te weinig geld zijn er op sommige plekken wachtlijsten voor taalcursussen.
Geef een reactie