Steeds meer mensen met een chronische ziekte of beperking teren in op spaargelden en maken schulden.
In 2011 betrof dit bijna een vijfde van deze mensen (19%) en in 2014 is dit opgelopen tot 28%. Het lijkt erop dat dit vooral komt doordat ze in 2013 minder inkomen – en niet zo zeer meer uitgaven – hadden dan de jaren daarvoor. Dat blijkt uit de monitor ‘Zorg- en leefsituatie van mensen met een chronische ziekte of beperking’ van het NIVEL.
Bestedingen
De inkomensdaling is terug te zien in de bestedingen. NIVEL-onderzoeker Iris de Putter: “Mensen met een chronische ziekte of beperking kunnen zich minder vaak een avondje uit veroorloven, of zich permitteren om een auto te rijden, mensen te eten te vragen of nieuwe kleding te kopen. We zien dat ze steeds vaker hun spaarmiddelen moeten aanspreken.” Dat sociale netwerk bleek in een eerder onderzoek van het NIVEL over mantelzorg voor deze groep mensen zeer belangrijk.
Arbeidsparticipatie gelijk
Onderzoeker de Putter: “Hoewel de arbeidsparticipatiegraad onder mensen met een chronische ziekte of beperking een stuk lager ligt dan onder de algemene bevolking, ontwikkelt deze zich onder vrouwen en mannen wel conform de algemene bevolking: de arbeidsparticipatiegraad onder vrouwen met een chronische ziekte of beperking is ongeveer gelijk gebleven, terwijl onder mannen sprake lijkt te zijn van een lichte daling.” In 2013 nam 26% van de mensen met een chronische ziekte of beperking in de leeftijd van 15 t/m 64 jaar voor minimaal 12 uur per week deel aan het arbeidsproces, terwijl onder de algemene bevolking in deze leeftijdsklasse 66% tenminste 12 uur per week werkte.
Zorgen
Uit eerder onderzoek (in mei) van het NIVEL bleek dat er meer mantelzorg is voor mensen met een chronische beperking of ziekte. Tegelijk bleek dat een deel van de mensen met een chronische ziekte of beperking knelpunten ervaart en niet iedereen een goed sociaal netwerk heeft dat te hulp kan schieten. Ook maken mensen zich zorgen of zij in de toekomst wel de zorg kunnen krijgen die zij willen en nodig hebben. 15% geeft aan dat de mensen in hun sociale netwerk zelf al te zwaar belast zijn om die zorg of ondersteuning te bieden. Ook denken zij bijvoorbeeld dat de regels hiervoor steeds ingewikkelder worden (43%) of dat zij er niet voor in aanmerking komen (29%). Wel vindt het merendeel zich zelf verantwoordelijk voor het regelen van zorg.
Onderzoek
De gegevens voor dit onderzoek werden verzameld bij het Nationaal Panel Chronisch zieken en Gehandicapten (NPCG), dat bestaat uit circa 3500 mensen met (medisch vastgestelde) chronische ziekten en/of matige tot ernstige lichamelijke beperkingen. De panelleden doen tenminste twee keer per jaar mee aan een enquête. De ‘Monitor zorg- en leefsituatie van mensen met een chronische ziekte of beperking’ wordt uitgevoerd door het NIVEL met subsidie van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Geef een reactie