Recent verscheen van de Kinderombudsman het rapport ‘Alle kinderen kansrijk’ met daarin het advies om armoede bij kinderen op alle vlakken aan te pakken en meer maatwerk te bieden. Verschillende partijen zijn het daarmee eens en vinden dat er meer gedaan kan worden, bijvoorbeeld aan het voorkomen en oplossen van schulden. Maar er zijn ook kanttekeningen: gemeenten zouden tegen grenzen aanlopen, bijvoorbeeld door het toeslagenstelsel.
Conclusie rapport
De Kinderombudsman deed onderzoek naar kinderen en jongeren die te maken hebben met armoede, in welke mate zij worden belemmerd in hun ontwikkeling en hoe het huidige beleid en de voorzieningen aansluiten bij wat zij nodig hebben. Volgens het rapport ‘Alle kinderen kansrijk’ is hulp nu nog te veel gericht op het verbeteren van het leven van kinderen buitenshuis. Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer adviseert juist om armoede integraal aan te pakken, omdat kinderen door armoede op alle vlakken in hun leven worden beperkt in hun ontwikkeling. “Om deze kinderen echt te helpen, moet er een samenhangende aanpak komen die zich richt op de hele leefomgeving van kinderen, te beginnen bij het verbeteren van de onzekere en instabiele thuissituatie.”
Adviezen
Kalverboer pleit voor meer maatwerk en voor het opstellen van een plan per gezin dat gericht is op het stabiliseren van de situatie thuis en op het toekomstperspectief, voor kind en ouder. “Dat begint bij het verbeteren van de inkomenssituatie en het oplossen van schulden, zodat er minder stress is, ouders meer ruimte hebben voor hun kinderen en het gezin weer vertrouwen krijgt in de toekomst. Vraag kinderen en ouders zelf wat zij nodig hebben. De aanpak van armoede begint echt thuis.”
Knelpunten voor gemeenten
Het rapport onderzocht ook de knelpunten die gemeenten ervaren. Volgens het onderzoek biedt bijvoorbeeld het aanbod van kindvoorzieningen geen structurele oplossing bij problemen door armoede. Gemeenten hebben maar beperkt invloed op het verbeteren van de financiële positie van ouders. Ook het ontbreken van een intensieve samenwerking met het onderwijs wordt genoemd.
Naast de bovenstaande aanbevelingen worden er in het rapport ook een aantal concrete adviezen genoemd voor gemeenten om meer effectieve hulp te bieden, bijvoorbeeld ten aanzien van een stabiele thuissituatie of een beter maatschappelijk leven voor kinderen.
Thuissituatie
Inmiddels hebben meerdere partijen gereageerd op het rapport. Zo meldt FNV de conclusie te steunen en vindt dat de aanpak van kinderarmoede tekort schiet. De vakbond erkent dat veel gemeenten veel meer kindervoorzieningen (voor schoolactiviteiten bijvoorbeeld) zijn gaan aanbieden, maar vindt net als de Kinderombudsman dat er te weinig aandacht is voor het verbeteren van de thuissituatie. Vicevoorzitter Kitty Jong: “Je zult dus als gemeente óók wat moeten doen aan verbeteren van de financiële situatie en het voorkómen van schulden. Het geld dat gemeenten daarvoor krijgen van het Rijk moet daar helemaal aan besteed worden.”
Schulden
Ook Leergeld Nederland, een vereniging die zorgt voor directe, lokale ondersteuning van kinderen, herkent zich in de uitkomsten, maar heeft wel een aantal opmerkingen. Zo benadrukt de organisatie bijvoorbeeld dat het besteedbaar inkomen belangrijker is dan het sec hanteren van een maximale inkomensgrens. Schulden of bijzondere lasten kunnen worden meegewogen, zodat er ruimte ontstaat voor maatwerk. Ook merken ze op dat cliënten die op gemeentelijk ondersteuningsregelingen worden gewezen, die in veel gevallen niet aanvragen omdat de aanvraag te ingewikkeld zou zijn. Daarbij wordt volgens hen de gemeente nog te vaak gezien als controleur en bespeuren ze angst om verkeerde informatie te geven over een uitkering of toeslag.
Stress Sensitive
De VNG heeft ook een reactie gegeven en zegt de adviezen graag ter harte te nemen, maar gaat daarbij in op een aantal onderdelen van het rapport en de rol die gemeenten spelen. Het integraal beleid en het aanpakken van structurele oorzaken voor armoede staat al langer op de agenda en daar is aandacht voor gevraagd bij de Sociaal Economische Raad. Ook werken steeds meer gemeenten aan stress sensitieve dienstverlening. Daarbij worden de gevolgen die stress (bijvoorbeeld door schulden) geeft en de invloed die dit heeft op het denk- en doenvermogen van mensen in ogenschouw genomen.
Kindergemeenteraad
Over de samenwerking met het onderwijs zegt VNG dat gemeenten hard werken aan het voorkomen en aanpakken van armoede en daarvoor veel samenwerken met scholen voor het signaleren daarvan. Naast het verbeteren van een thuissituatie noemt ze het belangrijk dat er nog steeds wordt geïnvesteerd in het leven van een kind buiten de deur. Gemeenten beschikken niet alleen over diverse kindvoorzieningen, maar maken ook werk van de toegang tot en de vereenvoudiging van aanvragen. En luisteren daarvoor regelmatig naar de mening van verschillende betrokkenen, van kinderen en hun ouders bijvoorbeeld maar ook van maatschappelijke organisaties. Ook zijn er gemeenten bekend waarbij er een kindergemeenteraad is opgericht.
Daarbij geeft VNG ook aan dat er een rol is weggelegd voor het nieuwe kabinet: gemeenten lopen tegen grenzen aan. Het huidige toeslagenstelsel werkt schulden in de hand, daar zouden praktische oplossingen voor moeten komen, net als voor inkomensvoorzieningen.
Geef een reactie