Een nieuwe Participatiewet zou meer uit moeten gaan van vertrouwen. En de wet moet zich niet alleen richten op het begeleiden van mensen naar werk, maar bijvoorbeeld ook op het doen van vrijwilligerswerk. Dat schrijft het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) op basis van nieuw onderzoek.
Momenteel wordt de Participatiewet herzien. Het wetsvoorstel ligt inmiddels bij de Tweede Kamer. Vooruitlopend op de behandeling hiervan onderzocht het SCP hoe de huidige Participatiewet in de praktijk werkt. Voor het onderzoek werden gesprekken gevoerd met gemeentelijke beleidsmedewerkers, klantmanagers en bijstandsgerechtigden die (nog) niet betaald kunnen werken. Daarnaast zijn focusgroepen gehouden.
Beleidswijzingen onderschreven
In het wetvoorstel is het herstel van vertrouwen tussen overheid en inwoners met een bijstandsuitkering een belangrijk onderdeel. Ook is de nadruk op werk minder aanwezig. Het onderzoek Vertrouwen in de bijstand van SCP onderschrijft die beleidswijzingen. ‘De Participatiewet is nu vooral gericht op het begeleiden van mensen naar werk. Maar ongeveer een derde van de bijstandsgerechtigden is niet in staat een betaalde baan te hebben. Ook is er op dit moment te weinig wederzijds vertrouwen, terwijl dat juist zo belangrijk is wanneer je mensen verder wilt helpen.’
Verschillende groepen
Volgens het SCP is het belangrijkste doel van de huidige Participatiewet het begeleiden naar betaald werk, waarbij een uitkering niet nodig (meer) is. Bij een grote groep bijstandsgerechtigden lukt dat ook. Daarnaast is er een groep die niet direct kan werken, zoals bij bepaalde gezondsheidsproblemen, maar wel op een andere manier maatschappelijk kan participeren. Bijvoorbeeld met vrijwilligerswerk. En er is een derde groep waar problemen zo groot zijn, dat (vrijwilligers)werk geen optie is. ‘De omstandigheden zijn in dit geval dermate belemmerend dat een haalbaar einddoel meer ligt in meer in verbinding raken met andere mensen en activering,’ zo schrijven de auteurs.
Betere kwaliteit van leven
Het SCP pleit ervoor om voor die laatste groepen inwoners ondersteuning in te richten op een betere kwaliteit van leven. ‘Het verruimen van de focus van de Participatiewet naar een breder perspectief op meedoen in de samenleving zorgt voor meer waardering voor belangrijke vormen van maatschappelijke participatie, zoals vrijwilligerswerk en mantelzorg.’ De gedachte hierachter is dat als het met iemand persoonlijk goed gaat, dat dit ook goed is voor de samenleving. ’Pure inzet op verbondenheid en activering lijkt in de uitvoering nog lastig. Vanuit het gemeenschappelijk belang lijkt die uitkomst minder gewaardeerd dan maatschappelijke participatie of betaald werk.’
Wederzijds wantrouwen
Uit het onderzoek blijkt ook dat voor de uitvoering van de Participatiewet wederzijds wantrouwen een goede en passende ondersteuning een obstakel vormt. Mensen met een bijstandsuitkering voelen zich soms benaderd als potentiële fraudeurs. Een controle kan namelijk van behoorlijke impact zijn op het persoonlijke leven van mensen. Ook praten ze niet altijd over problemen, waardoor er soms een incompleet beeld van de situatie is. Dat maakt het voor gemeentelijke klantmanagers lastig om goed te helpen. ‘De wettelijke kaders zijn daarbij voor uitvoerders niet altijd behulpzaam. Alhoewel zij de ruimte ervaren om de regels waar nodig naar eigen inzicht toe te passen, is het ‘hoe’ daarvan binnen de bestaande systemen niet altijd duidelijk.’
Vertrouwensexperimenten
De gemeente Vlaardingen is een van de gemeenten die van vertrouwen werk maakt. De stad voert momenteel 5 verschillende vertrouwensexperimenten uit, zoals met een garantieknop, bijstand in 1 dag of een uitstroompremie. Zo wil de gemeente inwoners meer vertrouwen geven, in het gevoel van financiële zekerheid en richting de overheid. Ook wordt zo wellicht de drempel om de stap naar werk te zetten en het vragen van hulp verlaagd. In deze video wordt uitgelegd hoe het zit.
Geef een reactie