Schuldenexperts Nick Huls en Roel in ’t Veld doen een oproep aan het volgende kabinet betreft problematische schulden: na aanpakken nu doorpakken. In een net gepubliceerd pamflet schetsen ze de kern van de problematiek, de huidige tekortkomingen, en formuleren de wenselijke koers en een concreet programma. En ook tegen welke moeilijkheden gemeenten aanlopen en hoe ze hun schuldhulp zouden moeten verbeteren.
‘De aandacht voor het schuldenvraagstuk is toegenomen en er is de afgelopen jaren gezocht naar oplossingen en gewerkt aan verbeteringen,’ schrijven de experts in hun pamflet doorpakken op burgerschulden. ‘Ondanks alle inspanningen is de oplossing van het burgerschuldenvraagstuk echter voor grote groepen burgers nog steeds niet dichterbij gekomen. De gevolgen van corona dreigen het probleem nog ernstiger te maken.’
Prof. Dr. Roel in ’t Veld werkte als adviseur, ambtenaar, bestuurder en toezichthouder en schreef in 2016 voor het kabinet het rapport Een onbemind probleem over schuldenproblematiek. Emeritus hoogleraar rechtssociologie van de Universiteit Leiden Nick Huls was 35 jaar betrokken bij het schuldenbeleid. Hij pleitte eerder voor een Bureau Schulddienstverlening (BSD): een door de overheid opgelegd pakket van regels dat mensen met schulden snel uitzicht geeft op een schone lei.
Jubeljaar
Huls schreef aanvullend op het pamflet ook een uitgebreide achtergrondbeschouwing. Qua tijdsperspectief richt hij zich, net als het pamflet, op de komende kabinetsformatie. En belangrijk onderdeel van de strategie van Huls is kwijtschelding van schulden. Bijvoorbeeld met een debt jubilee, een schuldenjubileum waarbij de bestaande schulden worden kwijtgescholden. ‘De verwijzing naar het oudtestamentische jubeljaar van teruggave, terugkeer, vrijlating en rust is goed te vertalen naar de urgentie van vandaag.’ Iets wat ook onder meer Gert-Jan Segers van de Christen Unie noemt in de verkiezingscampagne.
Stelsel
De schrijvers concentreren zich in dit pamflet op het stelsel dat het mogelijk moet maken om mensen die diep in de problemen zijn geraakt, de helpende hand te bieden. ‘Veel regels zijn gebaseerd op het wantrouwen naar burgers in financiële problemen, in plaats van het bieden van hulp. Het stelsel waarbinnen de gemeenten de schuldhulp moeten uitvoeren is extreem ingewikkeld en op onderdelen tegenstrijdig. Dat staat het gezamenlijk organiseren van goed geoliede ketens waarbinnen professioneel wordt verwezen en samengewerkt in de weg.’
Vroegsignalering
Ondanks dat zijn er volgens In ’t Veld en Huls toch gemeenten, die er op inventieve wijze in slagen lokaal grote groepen huishoudens met problematische schulden te bereiken en te helpen. Steeds meer gemeenten organiseren vroegsignalering en een vroegtijdige toeleiding naar bekwame hulp samen met partners. Verder noemen ze als positief punt dat de politieke belangstelling voor het vraagstuk in de afgelopen jaren flink is toegenomen.
Schuldhulp schiet tekort
‘Maar nog steeds wordt te veel in termen van tegengestelde belangen gedacht en gehandeld. De burger vindt vaak de weg naar hulp niet, en – als dat wel lukt – schiet de hulp vaak tekort.’ De uitvoering door gemeenten is volgens de schuldenexperts gebrekkig. Zo wordt onder meer genoemd:
- Terwijl de incasso-instanties vrijwel alle debiteuren weten te vinden, bereiken de gemeentelijke hulpverleners echter slechts een minderheid van de schuldenaren.
- Lang niet alle gemeenten maken effectief gebruik van de andere spelers in de schuldhulpverlening. Zoals vrijwilligersorganisaties, de minnelijke en Wsnp- bewindvoerders, en deurwaarders. Bij een deel van de gemeenten ontbreekt het regelmatig ook aan vertrouwen in die andere spelers. En de negatieve beeldvorming, die dan wederzijds ontstaat, staat een eensgezinde benadering in de weg.
- Gemeenten zijn veelal weinig kritisch over de kwaliteit van elkaars schuldhulp, hoewel zij in het openbaarbestuur ook collectief opereren.
- Gemeenteraden dragen de verantwoordelijkheid voor de beschikbaarheid en kwaliteit van de schuldhulp. Maar ze beschikken in het algemeen nauwelijks over de daartoe benodigde sturingsinformatie. En vanuit de rijksoverheid is er nauwelijks toezicht of kwaliteitsbewaking.
Twee centrale aanbevelingen
Op basis van hun bevindingen doen de schrijvers van het pamflet twee centrale aanbevelingen voor de naaste toekomst. Iedere vorm van schuldhulp moet zijn gericht op het herstel van toekomstperspectief voor betrokkenen, inclusief aanvulling van competenties die hierbij passen. En ten tweede ‘moet de overheid zich nog empathischer gaan verhouden tot kwetsbare burgers, betere procedures ontwerpen, een andere toon kiezen, en een duurzame relatie aangaan met de hulpvragers om het bovengenoemde perspectief te faciliteren’.
Aanpassingen gemeenten
Het pamflet beschrijft aanpassingen van het stelsel die daarvoor nodig zijn. Gemeenten moeten ‘de kwaliteitszorg aangaande hun aandeel in de schuldhulp aantoonbaar verbeteren’. Op verwaarlozing van deze taak komen sancties te staan. Ook is ‘stroomlijning van het ondoorzichtige veld van gemeentelijke wijkteams en schuldhulpinstanties enerzijds en schuldenbewindvoerders en Wsnp-bewindvoerders anderzijds is noodzakelijk. Hier is een krachtige professionaliseringsslag nodig.’
Meer informatie en experts
Met het pamflet is ook de website doorpakkenopburgerschulden.nl gelanceerd. Hier is meer informatie te vinden over de visie op de schuldenaanpak en zullen ook interviews met politici en experts geplaatst worden.
Geef een reactie