Het wetsvoorstel om betalingsachterstanden door te geven aan gemeenten in het kader van preventieve schuldhulp, is deze week aangenomen door de Tweede Kamer. Aan de grootste bezwaren is daarbij niet tegemoetgekomen.
Vroegtijdig ingrijpen op basis van data is in veel gemeenten al staande praktijk, maar een wettelijke verankering daarvan ontbreekt nu nog. Gemeenten juichen veelal toe dat er een regeling komt, maar ervaren het voorstel als te dwingend. Dat bleek al uit kritische reacties tijdens de internetconsultatie.
Alle meldingen oppakken
Volgens de nieuwe voorschriften moeten gemeenten alle meldingen straks daadwerkelijk oppakken. Er dient een ‘aanbod’ voor schuldhulp uit voort te vloeien, alleen de invulling daarvan blijft een lokale bevoegdheid. Volgens staatssecretaris Van Ark van Sociale Zaken kan dit niet anders, omdat juist deze expliciete taak maakt dat de werkwijze van gemeenten in overeenstemming met de privacyregels zal gebeuren.
Verder is het ook een goede maatregel, stelde ze tijdens het Kamerdebat. ‘Gemeenten worden verplicht om een inwoner een aanbod te doen voor een gesprek over schuldhulpverlening. Dat is een goede zaak, want hoe eerder mensen met schulden worden geholpen, hoe beter,’ aldus Van Ark.
Uitvoeringslasten
In de praktijk leven er zorgen over de uitvoeringslasten, die voor lokale rekening komen. De gemeentelijke lobby had op dit zwaarwegende punt echter geen succes. GroenLinks probeerde nog wel met een amendement de plicht te veranderen in een ‘kan’-bepaling.
‘Gemeenten moeten effectief om kunnen gaan met capaciteit en middelen en deze alleen inzetten op signalen waarbij een interventie daadwerkelijk effect heeft,’ stelde indiener Wim-Jan Renkema, maar daarvoor was te weinig steun. Een motie om de bureaucratische plichten voor gemeenten financieel te compenseren, haalde het evenmin.
Ook de Raad van State maakte zich eerder zorgen over de uitvoerbaarheid. Het hoogste adviesorgaan van de regering houdt rekening met een ‘mogelijk substantiële toeloop’ naar schuldhulpverlening. ‘Naar schatting hebben zo’n 540.000 huishoudens problematische schulden, terwijl er maar 193.000 bij de gemeenten bekend zijn.’
Kosten en baten
Om te komen tot effectief beleid moet naderhand, bij de evaluatie van de wet, een kosten-batenanalyse worden gemaakt. De motie daarover (pdf) van CDA’er René Peters werd wel gesteund. Zo’n onderzoek kan ‘helpen om een inschatting te maken over de besparing van zorgkosten wanneer schulden effectief worden bestreden’, redeneert hij.
Geef een reactie