Met de decentralisaties op komst denken steeds meer gemeenten en cliëntenraden na over samenwerking tussen de verschillende raden. De meest vergaande vorm is het samenvoegen van meerdere raden tot één Participatieraad. Dat is een heel proces, zo bleek recent in Haarlem.
Na aanvankelijk een valse start vroeg het college aan de drie bestaande raden en de betrokken ambtenaren om gezamenlijk met een voorstel te komen voor de vormgeving en werkwijze van één nieuwe Participatieraad. Stichting CliP werd ingeroepen voor onafhankelijke procesbegeleiding.
Theorie U
De aanpak van het proces werd gebaseerd op het principe van de theorie U van Otto Scharmer. Kerngedachte van die theorie is dat nieuwe ideeën vanuit de groep zullen ontstaan als je met elkaar je vragen, ambities en zorgen deelt. In eerste instantie bleek dat de drie raden elkaar wel kenden, maar niet wisten hoe ze functioneerden. Door openheid van zaken te geven, wilde men van elkaar leren en rekening houden met elkaars positie en achtergrond.
Angst
Over veel zaken waren de betrokkenen het al snel eens, maar een aantal prangende kwesties bleek hardnekkig. Zoals de angst voor het verdwijnen van aandacht voor speciale groepen, welke eisen kun je stellen aan de vrijwillige raadsleden en in hoeverre zal de gemeente ook in staat zijn tot integraal werken? Dergelijke punten blijven de uitdaging om in de praktische uitvoering van de Participatieraad vorm te geven.
Cliëntenraad
Is één Participatieraad het ei van Columbus? Deze vraag valt niet eenvoudig te beantwoorden. Het verschilt per gemeente. Bepalend daarvoor zijn de historisch gegroeide situatie en ervaringen met cliënten- en burgerparticipatie, de politieke keuzes vanuit de gemeente, en de visies en wensen van de aanwezige adviesraden.
Meer lezen over dit onderwerp? Neem een introductieabonnement op Sociaal Bestek.
Geef een reactie