Door gebruik te maken van het instrument loonkostensubsidie kunnen gemeenten besparen op uitkeringen, maar dit gebeurt in de praktijk niet vaak. “Het is jammer en eerlijk gezegd onbegrijpelijk dat loonkostensubsidie nog zo weinig wordt ingezet door gemeenten. Ze laten daarmee kansen liggen om meer mensen aan het werk te helpen,” aldus Job Cohen, voorzitter van de landelijke vereniging voor sociale werkgelegenheid en re-integratie Cedris.
Sinds de invoering van de Participatiewet in 2015 mogen gemeenten uitkeringsgeld inzetten om mensen die niet zelfstandig het wettelijk minimumloon kunnen verdienen, aan een baan te helpen. Dit geld wordt gebruikt als loonkostensubsidie voor werkgevers die iemand met een arbeidsbeperking in dienst hebben. Gemeenten kunnen daarmee besparen op de kosten van uitkeringen. In de praktijk wordt dit volgens Cedris maar weinig gedaan. Daarom hebben Cedris en Berenschot een tool aan alle gemeenten aangeboden om uit te rekenen hoe de inzet van loonkostensubsidie uitpakt. De tool berekent welke besparing een gemeente bereikt.
Loondispensatie
Volgens Cohen is het voor gemeenten slim om snel met de loonkostensubsidie aan de slag te gaan. Het nieuwe regeerakkoord spreekt over een mogelijke vervanging van loonkostensubsidie door loondispensatie, maar er zal het komende jaar niets veranderen. “De aantrekkende economie zorgt voor veel nieuwe vacatures: hét moment om met loonkostensubsidie de boer op te gaan.”
Geef een reactie