Van de mensen onder de AOW-leeftijd die eind 2013 in Nederland een bijstandsuitkering ontvingen vond gemiddeld 8,3 procent in 2014 een baan, een stijging van een procent vergeleken met een jaar daarvoor. Dit maakt het CBS vandaag bekend
Eerste stijging in 3 jaar
Voor de economische crisis lag dit aandeel bijna twee keer zo hoog. Zo vond in 2008 bijna 12 procent en in 2007 nog bijna 15 procent een baan vanuit de bijstand. Sinds 2011 is het aandeel personen die een baan vonden vanuit de bijstand steeds afgenomen. In 2014 is dit aandeel voor het eerst in drie jaar gestegen.
Jongeren en mannen vinden vaker een baan
Jonge bijstandsontvangers vonden relatief vaak een baan, meer dan 20 procent van de 15- tot 25-jarigen en ruim 15 procent van de 25- tot 35-jarigen. De kans op het vinden van een baan vanuit de bijstand neemt af naarmate de leeftijd toeneemt. Ouderen die een baan vinden zitten relatief langer in de bijstand. Hoe lager de leeftijd, des te korter de tijd dat iemand een bijstandsuitkering heeft ontvangen op het moment van het vinden van een baan. 30 procent van de personen van 55 jaar tot de AOW-gerechtigde leeftijd zat langer dan 3 jaar in de bijstand. Hoe ouder, hoe groter de afstand tot de arbeidsmarkt.
Voor alle leeftijden geldt dat mannen relatief vaker uitstromen naar werk dan vrouwen. Gemiddeld vond 11 procent van de mannen die eind 2013 een bijstandsuitkering ontvingen een baan in 2014, tegenover iets meer dan 6 procent van de vrouwen. Mannen hebben tot het moment dat ze een baan vinden bovendien vaker een bijstandsduur van maximaal een jaar. Vrouwen hebben vaker een langlopende uitkering (langer dan 3 jaar) wanneer ze weer de arbeidsmarkt op gaan.
Zoetermeer koploper uitstroom
In Zoetermeer ging bijna 13 procent van de bijstandsontvangers in 2014 aan het werk en is daarmee koploper, Rotterdam sluit de rijen met 6 procent.
(CBS)
Geef een reactie