Het was de belangrijkste reden voor het niet ondertekenen van het bestuursakkoord. De VNG wil met een factsheet laten zien dat het kabinet met meer budget over de brug moet komen.
“In de aanloop naar debatten in de Tweede Kamer over dit onderwerp proberen wij politici te bereiken met deze informatie”, zegt woordvoerder Frea Broekman van de VNG.
“Wij laten zien onder welke historische omstandigheden dit tot stand is gekomen. Het is onderdeel van een lobby rond de Wet werken naar vermogen. Er was bijvoorbeeld 100 miljoen beschikbaar voor de Regionale uitvoeringsdiensten. Dat zouden wij graag zien toegevoegd aan het budget voor deze taken.”
Minder budget en het zittende bestand van mensen in de sociale werkvoorziening blijft in stand. Op die manier “komen gemeenten in grote financiële problemen”, en staatssecretaris Paul de Krom van Sociale Zaken ziet de cao voor de medewerkers louter als een zaak voor gemeenten. Daarom zet de vereniging haar feiten op een rij, in de hoop op beweging van het kabinet.
Ambtelijke aanstelling
Het begint met een afspraak tussen gemeenten en het Rijk uit 1998. Het initiatief kwam van de landelijke overheid. Voor die tijd kregen medewerkers die vielen onder de Wet sociale werkvoorziening een ambtelijke aanstelling. Na die afspraak werd de VNG de werkgever. Het Rijk bleef de financier.
“De consequentie die de wetgever daaruit trok was dat een ambtelijke aanstelling niet langer passend was”, stelt de factsheet. “Een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht en bijbehorende cao onderhandelingen met de VNG moesten de arbeidsverhoudingen verder normaliseren.”
Daarmee ligt de basis voor de cao voor medewerkers van de sociale werkvoorziening in de rechtspositieregeling zoals die van kracht was tot 1998, volgens de VNG. “De uitspraak dat de huidige cao uitsluitend een verantwoordelijkheid van gemeenten is, is daarom feitelijk onjuist.”
Wettelijke toezeggingen
Belangrijk is het verbreken van wettelijke toezeggingen door de staatssecretaris. De subsidie van het Rijk gaat omlaag. Zo worden gemeenten niet gecompenseerd voor stijgende loonkosten. Volgens de VNG is dat in strijd met eerdere, bindende toezeggingen.
De vereniging wijst op een lange passage in een Memorie van Toelichting bij de Wsw. “Na de intrekking van de Wet Arbeidsvoorwaardenontwikkeling Gepremieerde en Gesubsidieerde Sector (WAGGS) is voor de sectoren die voorheen onder de WAGGS vielen een nieuwe benadering ontwikkeld, op basis waarvan de rijksbijdrage in de loonkosten voor deze sectoren wordt bepaald,” staat hierin.
In de memorie staat verder dat die benadering ook voor de sociale werkvoorziening geldt. “In deze benadering is de door het Centraal Planbureau geraamde gemiddelde loonkostenontwikkeling in de marktsector richtinggevend voor de hoogte van de rijksbijdrage in de loonkosten. De aanpassing van de rijksvergoeding voor de WSW-arbeidsplaatsen heeft vanaf 1995 conform deze methodiek plaatsgevonden en wordt ook in deze wet gehandhaafd.”
Cao
Zo geschiedde, tot 2010. “Sinds 2010 heeft de minister deze afspraak eenzijdig en zonder overleg met gemeenten gewijzigd.” Volgens de VNG is er daardoor geen ruimte meer voor onderhandelingen over de cao voor medewerkers van de sociale werkvoorziening.
Eind juni 2011 werkten 52.500 jongehandicapten (Wajong), van wie 26.900 bij een reguliere werkgever en 25.600 in de Wsw. Daarmee werken er voor het eerst meer jongehandicapten in een reguliere baan dan in de Wsw. Gemeten als percentage van alle jonggehandicapten werkt er 24,9 procent. Dat percentage is ongeveer stabiel sinds eind 2009, laat De Krom weten.
De vaste Kamercommissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid vraagt ondertussen meer duidelijkheid over de Wet werken naar Vermogen. Er komt een tweede ronde komt met vragen van Kamerleden. Het wetsvoorstel wordt op 18 en 19 april besproken.
swestheim says
hoe staat het met de inflatie van de WSW,ers vanaf 2007 geen verhoging meer.