Bijstandsgerechtigden die mantelzorgers ondersteunen. In Spijkenisse kozen de gemeente en diverse aanbieders ervoor om bijstandsgerechtigden te trainen tot vrijwillige respijtzorger. “Zo kun je mensen echt empoweren.”
De bedoeling van het traject was dat de deelnemers vooral een luisterend oor zouden hebben. Zodat de mantelzorger met een gerust hart in de tussentijd boodschappen kan doen, of zelf even op adem kan komen. Op de vraag ‘kunnen bijstandsgerechtigden dat wel?’ antwoordt projectleider Leon Schouten dat heel intensief gekeken is naar wie het traject echt aan kan. “Je moet empathisch zijn, integer zijn , stevig in je schoenen staan en levenservaring hebben. Want als respijtzorger krijg je met confronterende situaties te maken.”
Ervaringsdeskundige
Daarnaast is specifieke ervaring een pre; bij een cliënt die palliatieve zorg krijgt, past alleen een respijtzorger die ervaringsdeskundige is. Bijvoorbeeld omdat hij of zij voor een stervende ouder heeft gezorgd. Met zo’n strikte toelating als voorwaarde kun je mensen echt empoweren, benadrukt Schouten. “Geen bezuiniging, maar een gouden plan juist. Mensen zijn veel meer in zichzelf gaan geloven. Eindelijk kunnen ze wat voor een ander betekenen.”
Twintig bijstandsgerechtigden kregen twee jaar lang, in twintig halve dagdelen kennis en handvatten aangereikt. Ze leerden bijvoorbeeld over mogelijke ziektebeelden en ouderdom gerelateerde klachten. Ook kregen ze een EHBO-cursus. Bovendien moest het zelfvertrouwen van de deelnemers moest opgekrikt worden, zegt trainer Jolanda Elferink, werkzaam bij MOVISIE als projectleider Sociale zorg.
In Katwijk is MOVISIE inmiddels een soortgelijke training gestart, maar dan korter en praktischer. “Want dat is wel een van de lessen”, benadrukt Elferink. “Twee jaar is te intensief, en de dagen moeten ook iets korter op elkaar, om mensen enthousiast te houden.”
Mantelzorg
De organisaties die de deelnemers tijdens het traject hebben ingezet als respijtzorger zijn echt blij met hun hulp, stelt Ria Vliegenthart van Stichting Welzijn Ouderen Spijkenisse (SWO). Ze legt uit hoet hoe zij en haar collega’s het vertrouwen tussen mantelzorger, respijtzorger en, bijvoorbeeld, een oudere met dementie bewaakt.
“Eerst een huisbezoek, om te ontdekken of de interesses bij elkaar passen. Praat een bewoner bijvoorbeeld graag over Rotterdam, is het handig als de vrijwillige respijtzorger dat ook graag doet. Mensen die last hebben van incontinentie krijgen dan weer geen vrijwilliger over de vloer, want helpen bij toiletgang is echt iets voor de professionele zorg.”
De structuur en het houden aan afspraken, bleek een belangrijk knelpunt bij de sommige respijtzorgers. “Deze mensen hebben minder ervaring met vaste arbeid. Iets logisch als op tijd komen, kan soms al problemen geven. Er was iemand die op de eerste maandagochtend al niet kwam opdagen. Kun je afspraken niet nakomen, dan ben je er eigenlijk (nog) niet geschikt voor.”
Eenzaamheid
Als de klik er wel is en mensen zijn gemotiveerd, kunnen bijstandsgerechtigden echter wel degelijk het verschil maken, stelt Vliegenthart. Nury Gaarie heeft via SWO cliënten geholpen als respijtzorger. “Echt een kanjer, die ondanks haar fysieke problemen blijft denken in mogelijkheden en heel sociaal vaardig is.’ Gaarie heeft gewerkt als masseur, maar door onder andere problemen met haar schouders kon zij haar beroep niet langer uitoefenen. ‘Het is zo fijn dat ik nu toch mensen kan helpen”, zegt ze. “Ze zitten echt op je te wachten. Er is veel eenzaamheid onder ouderen en daarom is het zo dankbaar, je leert veel en je bent nuttig. Gewoon een praatje is enorm belangrijk.”
Van de twintig aanmeldingen hebben zeven mensen uiteindelijk een certificaat behaald. Sommige anderen verlieten de cursus omdat ze een betaalde baan kregen, maar bleven wel vrijwilligerswerk doen. De gemeente Spijkenisse denkt erover na om na de zomer een tweede training te starten. Vliegenthart geeft organisaties mee dat goede begeleiding van zowel mantelzorger als respijtzorger heel belangrijk is, en tegelijk heel arbeidsintensief. “En de werkdruk gaat alleen maar omhoog.”
Ook Elferink benadrukt het belang van goede begeleiding. “Nu we ook naar andere gemeenten willen, gaan we nog meer het belang van goede begeleiding benadrukken.’
Geef een reactie