De gemeente Boskoop heeft een Wmo-convenant afgesloten met vijf zorgaanbieders op basis van een bestuurlijke aanbesteding, waardoor de Europese aanbestedingsregels maar beperkt gelden.
De zorgaanbieders gaan werken met een zorgleefplan dat meer
omvat dan hulp bij het huishouden alleen. Zo kan er ook ondersteuning
worden geregeld rondom wonen, welzijn, sociale contacten en
uitgebreidere zorg. Zo schrijft Zorg + Welzijn
Vijf zorgaanbieders sloten maandag met de gemeente Boskoop een
convenant met een looptijd van zeven jaar, dat bovendien nog twee keer
met een jaar kan worden verlengd. Elk van deze vijf aanbieders kan door
cliënten in de gemeente worden ingeschakeld, en maakt daardoor evenveel kans om marktaandeel te
verwerven.
Daarbij gaat het om een flexibel contract met eisen aan de
kwaliteit en dienstverlening. In- en uittreding van zorgverleners
gedurende de looptijd van het contract is mogelijk. Ook kan het
convenant tussentijds aan nieuwe zorgontwikkelingen worden aangepast,
stelt de gemeente.
Agnes Kant
Wim van der Hoek (CDA),
wethouder voor onder meer financiën en zorg, legt uit dat een
bestuurlijke aanbesteding mogelijk is door hulp in de huishouding aan te
merken als zorg. “Dat is mogelijk door de wetswijzing van Agnes Kant.
Hierdoor zijn de Europese regels slechts beperkt van toepassing. Het is
een dynamisch model dat aangepast kan worden als de wetgeving of de
omstandigheden veranderen. Bureau Factum heeft ons begeleid bij het aanbestedingsproces.”
Keuze
Volgens
Van der Hoek biedt het model de klant keuze. “Klantvriendelijkheid
heeft prioriteit. We gaan niet voor de laagste prijs. Doordat de klant
keuze heeft moeten zorgaanbieders kwaliteit leveren en zal deze ook op
kosten blijven letten. Dat een contract minimaal zeven jaar duurt, is
voor de aanbieders ook prettig omdat ze dan in medewerkers kunnen
investeren met bijvoorbeeld opleidingen.”
Concurrentie
Cliënten
kunnen bij het Wmo-loket alle informatie opvragen over de
zorgaanbieders. “Jaarlijks houden we een klanttevredenheidsonderzoek,
dat helpt klanten bij het maken van een keuze. Concurrentie tussen
aanbieders is alleen maar goed. In het convenant hebben ze ook
afgesproken zich als goede collega’s op te stellen en niet te proberen
elkaars klanten af te pakken.” Het werk voor de huishoudelijke hulpen
wordt alleen maar interessanter, denkt Van der Hoek. “De band met de
cliënt wordt intensiever en het werk wordt boeiender. Er is dan wel goed
gekwalificeerd personeel nodig dat goed communiceert en empathisch
vermogen heeft.”
Sociale contacten
Het
zorgleefplan is een variant op wat in de thuiszorg en ouderenzorg al
lang wordt toegepast, weet Van der Hoek. “Doordat we bijvoorbeeld ook
sociale contacten ondersteunen, blijft een cliënt veel actiever.
Vrijwilligers kunnen de cliënten bijvoorbeeld begeleiden naar het
restaurant van het zorgcentrum, waar ze tegen een kleine vergoeding
kunnen eten. De huishoudelijke hulp moet dit soort wensen bespreken
binnen de organisatie, zodat ze in het zorgleefplan worden opgenomen”
Budgetneutraal
Van
der Hoek benadrukt dat de looptijd van zeven jaar niet betekent dat
alle afspraken in het convenant al die tijd vaststaan. “Het model moet
wel budgetneutraal blijven. We gaan per aanbieder nog
uitvoeringsconvenanten afsluiten. Aanbieders zullen met hun vraagprijs
dicht bij elkaar blijven zitten, zo blijkt in de praktijk. Het kan best
zijn dat bezuinigingen de komende jaren ooit aanleiding zijn om de
afspraken te herzien. Tegelijk ligt de prioriteit bij de cliënt. Als die
dankzij deze hulp langer zelfstandig kan blijven, kost het de
samenleving alleen maar minder geld. De cliënt wordt zo meer bij de
samenleving betrokken, vereenzaamt minder snel en blijft dus gezonder.”
Geef een reactie