Haarlem heeft een plan bedacht om huishoudelijke ondersteuning betaalbaar te houden voor mensen met een beperking.
Het college van burgemeesters en wethouders in Haarlem heeft daar een plan voor bedacht en naar de gemeenteraad gestuurd. Dit omdat het kabinet gaat 40 procent bezuinigen op de huishoudelijke zorg en 25 procent op begeleiding. Veel cliënten dreigen daardoor hun ondersteuning te verliezen.
Leefbare woning
Het college wil afstappen van de standaard indicatiestelling waarbij uren worden toegewezen, schrijft vakblad Zorgvisie. Het behalen van een schone en leefbare woning wordt het uitgangspunt. De bewoner is daar in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor. Als de bewoner dat (deels) niet meer zelf kan, dan biedt de gemeente mogelijkheden voor ondersteuning in het huishouden. Ook wordt er gekeken welke hulp er vanuit het sociale netwerk van de bewoner en of via andere voorzieningen, zoals BUUV, gevonden kan worden.
Door de eigen inzet, ondersteuning vanuit het netwerk en professionele hulp samen wordt het doel van een schone en leefbare woning bereikt.
Verantwoordelijk wethouder Jack van der Hoek: “Door over te stappen van een indicatie op uurbasis naar een resultaat gerichte inspanning ontstaat de mogelijkheid ook de huidige lichtste vorm van huishoudelijke ondersteuning voor mensen met een beperking te blijven aanbieden. Wel in een versoberde vorm en met een accent op de eigen mogelijkheden en die vanuit het netwerk van de bewoner. De bezuinigingsopgave die het Rijk bij ons als gemeente neerlegt, moet namelijk wel gerealiseerd worden. De eerste positieve resultaten van een proef onder circa 300 huidige ontvangers van huishoudelijke ondersteuning bevestigen ons in het idee dat deze nieuwe vorm kan werken.”
Badkamer en toilet
De inzet van de professionele ondersteuning kan bijvoorbeeld bestaan uit het overnemen van activiteiten die cliënten niet snel aan het netwerk of mantelzorg vraagt zoals het schoonmaken van de badkamer en het toilet. Wie welke huishoudelijke taken wanneer precies verricht, wordt vastgesteld in een gesprek tussen de professionele aanbieder en de bewoner bij de bewoner thuis. Inwoners die de voorziening huishoudelijke ondersteuning kunnen betalen, betalen die ook via een eigen bijdrage. Niet de gemeente, maar het CAK berekent de eigen bijdrage op basis van het inkomen. Ook de inning van deze eigen bijdrage bij de afnemer van huishoudelijke ondersteuning verloopt via het CAK.
De gemeente Haarlem onderzoekt nog samen met partners, belangenvertegenwoordigers en Haarlemmers hoe de maatschappelijke ondersteuning en activering op langere termijn betaalbaar georganiseerd kan worden. Uitgangspunten zijn dat de Haarlemmer zelf verantwoordelijk is, dat er wordt gekeken naar wat iemand wel kan en dat mensen elkaar kunnen helpen.
Geef een reactie