Gemeenten mogen binnen de Wmo geen inkomensgrens hanteren, oordeelt de Centrale Raad van Beroep.
Naar schatting hanteren 25 van de 33 grote gemeenten in Nederland naast de eigenbijdrageregeling een vorm van inkomensgrens binnen de Wet maatschappelijke ondersteuning. Zij moeten dat beleid nu terugdraaien.
De Centrale Raad van Beroep (CRvB) oordeelde dat een gemeente in haar Wmo-verordening geen andere financiële voorwaarden mag opnemen dan de wettelijke eigenbijdrageregeling. De Raad deed deze uitspraak in een zaak over de besparingsbijdrage: een vast bedrag dat een gemeente eenmalig aan een Wmo-gebruiker vraagt omdat de Wmo-gebruiker aanschafkosten bespaart voor een gebruikelijke voorziening (bijvoorbeeld een fiets).
Scootmobiel
In de betreffende zaak ging het om een in bruikleen verstrekte scootmobiel. De gemeente vroeg de gebruiker hiervoor een besparingsbijdrage van 345 euro omdat de voorziening (deels) algemeen gebruikelijk zou zijn en daarom volgens de gemeente (deels) zelf moet worden betaald. De lagere rechter had hier al een stokje voor gestoken omdat de Wmo deze constructie niet kent. De CRvB bevestigde dit. Net als bij de Wet voorziening gehandicapten is de besparingsbijdrage bij de Wmo wettelijk niet toegestaan.
De uitspraak is volgens het Juridisch Steunpunt “niet heel verrassend”, maar geeft deze wel een belangrijk signaal af. Steeds meer gemeenten namen in hun Wmo-verordening naast de wettelijke eigen bijdrage ook andere financiële voorwaarden op. Eind 2011 hanteerden naar schatting 25 van de 33 grote gemeenten in Nederland een vorm van inkomensgrens binnen de Wmo.
Hulp in de huishouding
Zo nam de gemeente Maastricht begin 2011 in haar verordening een inkomenstoets vooraf op. Ook voor individuele voorzieningen. Mensen met een verzamelinkomen van minimaal 150 procent van de bijstand kwamen niet meer in aanmerking voor hulp binnen de Wmo, zoals een scootmobiel of hulp in de huishouding.
Maastricht moet het Wmo-beleid nu volledig terugdraaien. “We zijn volledig overvallen door deze uitspraak”, zei verantwoordelijk wethouder Mieke Damsma (D66, Welzijn) in dagblad De Limburger. “Dat wij onze starre grens van 150 procent van de bijstandsnorm niet vol zouden kunnen houden, lag wel in de lijn der verwachting. Maar dat we helemaal geen rekening mogen houden met iemands inkomen: nee. De zelfredzaamheid en eigen kracht waar ons Wmo-beleid van uitging worden zo ook om zeep geholpen.”
Kosten
Tweeduizend Maastrichtenaren wier aanvraag vorig jaar is afgewezen, ontvingen begin dit jaar de mededeling dat de gemeente hun situatie opnieuw gaat beoordelen. Dat zou volgens de wethouder structureel twee à vier miljoen euro per jaar kosten. Daar bovenop komen volgens Damsma nog de kosten voor de consulenten die opnieuw gesprekken gaan voeren en de terugwerkende kracht die gaat wellicht gaat gelden en de aanmelding van nieuwe cliënten die zich gaan melden. Zij vindt dat het Rijk daarom financieel moet bijspringen.
Geef een reactie