Er moet de komende jaren minder geld naar ziekenhuizen en méér naar huisartsen en wijkteams. Dat is een van de speerpunten in het vrijdag gepubliceerde rapport De juiste zorg op de juiste plek.
De gelijknamige taskforce schetst het volgende financiële toekomstbeeld: ‘Het landelijke volume van zorg binnen ziekenhuizen ligt in 2025 op het niveau van 2018. Dit is een trendbreuk, gegeven dat er, als we de ramingen van het CPB recht doortrekken, sprake is van een groei van het zorgvolume met ongeveer 20 procent over deze periode. De ambitie is dus om de groei van het volume geleidelijk om te buigen in een daling.’
Uit het ziekenhuis
Zo zien de deskundigen kansen om de zorg voor chronisch zieken ’uit de muren van het ziekenhuis te halen en dichterbij mensen te organiseren met digitale ondersteuning’. In het rapport wordt gesproken van ‘een reductie van de integrale kosten voor chronische zieken met gemiddeld 25 procent, te beginnen met COPD/astma, chronische hartaandoeningen en diabetes mellitus, nierinsufficiëntie en artrose.’ Ook zou er flink kunnen worden bespaard door een vermindering het aantal GGZ-bedden.
Extra geld wijkteams
De bezuinigingen moeten deels worden ingezet om de premiestijgingen te beteugelen, maar ook voor extra investeringen waarbij gemeenten een belangrijke rol vervullen. De huisarts, ook wel de ‘poortwachter’ voor de gezondheidszorg genoemd, moet ondersteuning krijgen, en daar dient geld voor te worden gereserveerd.
‘Die poortwachtersfunctie moet een brede verantwoordelijkheid worden van de huisarts, wijkverpleegkundige en het sociaal wijkteam, samenwerkend in een fysiek of virtueel wijknetwerk. Dit vraagt van deze partijen meer tijd voor vroegsignalering van kwetsbaarheden, meer tijd om samen met mensen hun onderliggende behoefte te bepalen en meer afstemming tussen professionals. Dit vergt extra financiering.’
Samenwerking
‘Het is ook belangrijk,’ vervolgen de opstellers, ‘dat GGZ-hulpverleners en paramedici uitgenodigd en gestimuleerd worden betrokken te zijn bij het wijknetwerk. Zij vervullen essentiële taken in het realiseren van juiste zorg op de juiste plek, waarvoor financiering nodig is. De inzet van de professionals samen kunnen onnodige en dure zorg voorkomen en te vroege zorg of te lang durende zorg elders substitueren.’
Hoofdlijnenakkoorden
Minister Bruins wil met het rapport aan de slag, schrijft hij aan de Kamer. ‘De visie van de taskforce en de bouwstenen die de taskforce aanreikt, worden nadrukkelijk betrokken bij de besprekingen over nieuwe hoofdlijnenakkoorden. Daarnaast ben ik van plan om deze visie aan de orde te stellen in de gesprekken die ik voer met mensen in de praktijk. Er zullen ook vervolgactiviteiten over dit thema worden georganiseerd,’ schrijft hij.
Geef een reactie