Uit de troonrede was het moeilijk op te maken, maar de persoonlijke verzorging gaat volgens Jos de Blok van Buurtzorg Nederland toch echt naar de Zorgverzekeringswet. “Iedereen is het eens.”
De verzorging gaat niet naar gemeenten, overweegt staatssecretaris Van Rijn. Het nieuws kwam naar buiten tot verbazing van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. In de troonrede werd het voornemen dan weer niet aangestipt. In de tussentijd blijft de hervorming van de langdurige zorg in de lucht hangen.
De beleidsagenda voor 2014 van het ministerie van VWS is gericht op de overgang naar de hervormingen in de langdurige zorg per 1 januari 2015, meldt vakblag Zorgvisie. De minister wil met een sectorplan ontslagen in de zorg opvangen, “maar banenverlies is niet uit te sluiten”. Bestuursvoorzitter Rob van Dam van Osira Amstelring ziet ook mogelijkheden om “hoger gekwalificeerde mensen aan de zorg te binden.”
Verlaging uitgaven
De begroting en het beleid van minister Schippers en staatssecretaris Van Rijn zijn gericht op de noodzaak tot hervormen “om een structurele verlaging van de uitgaven te bewerkstelligen”. Gemeenten krijgen de regie over ondersteuning van mensen in hun zelfredzaamheid, maatschappelijke participatie en zo lang mogelijk zelfstandig thuis blijven wonen. De persoonlijke verzorging zal volgens Jos de Blok onder de Zorgverzekeringswet worden gebracht.
“Ik heb de koning in de troonrede niet de verzorging horen noemen bij de decentralisaties naar gemeenten.”
“Willen professionals een cliënt goed helpen, horen verzorging en verpleging bij elkaar,” zegt De Blok. Bestuursvoorzitter Rob van Dam van zorgorganisatie Osira Amstelring in Amsterdam is voorstander: ‘Het scheelt een hoop afstemmingsproblemen als je in de wijk de verpleging en verzorging in een team kunt organiseren.” Ook patiëntenorganisatie NPCF is verklaard voorstander. “Maar, we zijn er nog niet uit,’ zegt NPCF-directeur Wilna Wind. ‘Een belangrijke hindernis is het geld. Een premieverhoging is niet erg wenselijk.”
Pgb
De patiëntenorganisatie is niet tevreden over de hogere eigen betalingen en de beperking op het recht om een persoonsgebonden budget te krijgen. Het kabinet wil striktere voorwaarden om een pgb te krijgen. De budgethouder moet zelf de regie uit kunnen oefenen over de geboden zorg. Het 10-uurs criterium voor nieuwe cliënten blijft gelden, maar wordt niet ingevoerd voor bestaande cliënten. Daardoor behouden circa 40.000 budgethouders hun pgb in 2014. De aanpak van pgb-fraude wordt geïntensiveerd. Dat kan leiden tot een besparing van 40 miljoen euro, die terugvloeit in de regeling.
De besparingen in de zorg leiden tot groot banenverlies onder vooral huishoudelijke hulpen en verzorgenden. Het kabinet wil aan de hand van een arbeidsmarkteffectrapportage in overleg met veldpartijen een ‘sectorplan zorg’ opstellen. Via mobiliteit, omscholing, herscholing en bijscholing moeten zo veel mogelijk mensen aan het werk gehouden worden. Volgens Rob van Dam zullen vooral lager gekwalificeerde krachten hun functie verliezen, “en onder moeilijke omstandigheden op de arbeidsmarkt een baan moeten zoeken. Anderzijds is het ook een enorme kans om hoger gekwalificeerde mensen aan de zorg te binden.”
Bijscholing?
Jos de Blok zet vraagtekens bij mogelijkheden tot om- en bijscholing van zorgmedewerkers. “Het gaat vaak om mensen die al redelijk op leeftijd zijn en al jaren dit werk hebben gedaan. Als ik nu al zie dat gemeenten werklozen in de zorg willen inzetten, dan gaat dat niet de goede richting op. Voor professionele zorg thuis heb je minimaal een hbo-opgeleide wijkverpleegkundige nodig. Die overgang zal lang niet iedereen kunnen maken.”
Centraal in de kabinetsbeleid voor 2014 staat de participatie. Bezuinigingen in de zorg leiden ertoe dat “het sociale netwerk” wordt ingezet.
Rob van Dam vindt het beroep op zelfredzaamheid “een houdbaar uitgangspunt, die ook een bijdrage levert aan het welzijn van cliënten. Maar het moet wel mogelijk zijn en een vangnet voor kwetsbare cliënten blijft hard nodig. Daar moeten we ook tijd, ruimte en financiële middelen voor hebben om dat in te vullen.” In de beleidsagenda staat dat koepelorganisatie VNG en veldorganisaties “praten over verbetering van de positie van de informele zorgverlener binnen de ondersteuning en langdurige zorg. In 2014 moet er een actieplan komen voor scholing van zorg- en ondersteuningsprofessionals.” Verder spreekt de beleidsagenda van een ‘toolkit mantelzorg voor de eerste en tweede lijn’.
Reactie Actiz
In een reactie zegt brancheorganisatie ActiZ dat de Troonrede en de Miljoenennota geen invulling geven aan de transitieplannen. “Maar omdat we niet tot 2015 kunnen wachten om actie te ondernemen, is het van groot belang dat we nu al aan de slag gaan. ActiZ heeft een eigen transitieagenda opgesteld, waarin zij maatregelen voorstelt voor een ‘zachte landing’ voor zorgorganisaties. Zorgorganisaties willen onnodig banenverlies voorkomen en zij hebben tijd en ruimte nodig om woningen en het zorgaanbod aan te passen aan de behoeften van de toekomst.”
Geef een reactie