Het gaat niet om het aantal uren geboden hulp, maar om een schoon en leefbaar huis. Door een sturend bestek te schrijven kunnen gemeenten hierbij helpen.
– OPINIE –
Hans Oosterkamp
Het is onmiskenbaar dat er zich een snelle verschuiving afspeelt in het denken van gemeenten. Denken in resultaten komt in de plaats van denken in prestaties. Deze verschuiving, of zelfs haakse omslag, heeft grote gevolgen voor het gedrag van gemeenten, wanneer zij naar verwachting vanaf 2014 de opdrachtgever van zorgaanbieders worden.
De gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de hulp bij het huishouden wordt dan ook nog uitgebreid naar begeleiding en extramurale verzorging. Gemeenten komen in de positie om daadwerkelijk iets te betekenen voor de leefsituatie van hun burgers in de huidige situatie waarin iedereen minder krijgt te besteden. De lokale overheden kunnen de zorgaanbieders dwingen in de stand die gericht is op resultaten, in plaats van op de verkoop van producten en uren, inclusief de daarbij horende processen en knellende protocollen. Maar waarom wachten tot 2014, als dit innovatieve beginsel ook nu al praktijk kan worden? De Wmo legt daarbij immers geen strobreed in de weg.
Gemeenten kunnen het anders aanpakken
Zorgaanbieders richten zich voor hun exploitatie sinds de inwerkingtreding van de AWBZ op de zorgverzekeraars. Prestatiebekostiging kwam in de plaats van capaciteitsbekostiging en daarmee gingen de zorgaanbieders zorgprestaties verkopen. Zorgkantoren kopen in aan de hand van intramurale zorgzwaartepakketten (ZZP) en extramurale functies en klassen. Zorgkantoren en zorgaanbieders spreken prestaties af en rekenen elkaar daarop af.
Gemeenten krijgen de kans het anders aan te pakken dan de zorgkantoren. Zij kunnen formuleren wat ze voor hun kwetsbare burgers voor elkaar willen krijgen in termen van dienstverlening en resultaten. De prestaties om die resultaten te bereiken, zijn van secundair belang. Daardoor ontstaat een nieuwe ordening tussen zorgaanbieders en bekostigers. Ook de relatie tussen zorgaanbieder en cliënten verandert, want de tevredenheid van de klant gaat veel zwaarder wegen in de beoordeling. ‘Is het resultaat bereikt?’ (oftewel: is uw huis schoon en leefbaar?) is een prangender vraag dan: ‘Is de prestatie goed geleverd?’
Innovatief vermogen aanboren
De eerste stap naar een schoon aanrecht is de redderende hand van zoon, buurvrouw of een andere vrijwilliger c.q. mantelzorger. Heel iets anders dan het aanboren van hulp in de omgeving is de vraag hoe de gemeenten in deze nieuwe ordening de zorgaanbieders in de juiste stand kunnen dwingen en hun vernieuwend potentieel wakker maken. Hèt instrument bij uitstek daarvoor is het ‘sturend bestek’. Met een sturend bestek boort de opdrachtgever het innovatief vermogen van de aanbieder aan. De eerste experimenten zijn succesvol. Een van de grootste gemeenten bracht het sturend bestek al in stelling bij het inkopen van huishoudelijke verzorging.
Het bestek vraagt naar resultaten, terwijl het duidelijk is dat er minder geld voor de HV beschikbaar is. De te bereiken resultaten worden geformuleerd als: het versterken van de zelfredzaamheid; een schoon en leefbaar huis; het beschikken over eten, drinken en bereidingsmogelijkheden en schone en doelmatige kleding. In het bestek wordt geformuleerd voor welke resultaatgebieden de opdrachtnemer zich bij een specifieke cliënt moet inzetten en welk bedrag daarvoor beschikbaar is.
De opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de resultaten en de opdrachtgever, de gemeente, bemoeit zich niet met de prestaties die nodig zijn om die resultaten te realiseren. Uitgangspunt blijft dat de cliënt voldoende compensatie krijgt voor zijn beperkingen. De gemeente schrijft niet voor hoe de resultaten bereikt moeten worden. De zorgaanbieder die ingaat op het bestek, geeft zelf aan hoe hij zorgt dat het huis schoon en leefbaar blijft, voor het beschikbare geld.
Het kan haast niet anders dan dat er oplossingen gevonden worden in een meer collectieve benadering. Met creativiteit dient zich een scala aan innovatieve mogelijkheden aan. Een VSO-school met een wasserij kan ook een aandeel leveren in het wassen van kleding van bewoners in de wijk. Iemand met een grote afstand tot de arbeidsmarkt kan helpen een huis schoon en leefbaar te houden, samen met een professionele hulpverlener. Het zoeken naar die informele zorg gebeurt in samenspraak tussen cliënt en zorgaanbieder.
Geen energie laten weglekken
Er is voor de zorgaanbieder een scala aan partners om afspraken mee te maken, zoals welzijnsorganisaties of woningcorporaties. Samen kunnen ze een beroep doen op het zelfredzaamheidsbudget wanneer de cliënt inderdaad minder formele zorg nodig heeft door meer informele zorg. De gemeente blijft een essentiële partner in de nieuwe ordening. Het sturend bestek is geen excuus om na de gunning van de opdracht aan de zorgaanbieder de andere kant op te kijken. De gemeente moet zich blijven bekommeren om haar burgers, en haar betrokkenheid expliciet zichtbaar maken.
Juist nu er minder middelen beschikbaar zijn, moet ze de continuïteit van zorg bewaken en de schaarste verdelen. Dat laatste geldt ook voor de medewerkers in de zorg. Veel bestaande arbeidscontracten zijn niet meer te handhaven.
Betrokkenheid communiceren
Gemeenten staan voor de opgave in de nieuwe richting te sturen; aan de zorgaanbieders de uitdaging om de handschoen met voortvarendheid op te pakken. De verschraling komt voor rekening van alle partijen, de gemeente kijkt niet weg. De lokale overheid houdt, namens de ‘gemeenschap’, haar compensatieplicht, terwijl de zorgaanbieder de resultaten voor de burger in de praktijk realiseert. Dat is niet eenvoudig, want de nieuwe ordening, gemanifesteerd in het sturend bestek, klinkt door in alle denkprocessen, arbeidscontracten en de hele bedrijfsvoering.
Om de boodschap aan de burger en de medewerker over te brengen, hebben de zorgaanbieders rugdekking van de gemeente nodig. Rechtstreekse informatie en ondersteunende communicatie via de media zijn nodig om de boodschap over te brengen en betrokkenheid te tonen. Ook dat aspect verdient aandacht in het sturend bestek. Dat maakt het nog lastiger, want de aanbieding moet meestal toch al in korte tijd worden opgesteld. Hoeveel hobbels er ook op weg naar de nieuwe ordening en innovatie in de zorg zullen zijn: het is zeker dat gestuurd partnerschap onontbeerlijk is en benut moet worden om resultaten te boeken voor de kwetsbare burger.
Eerder verschenen over het thema inkoop en aanbesteden >>
_________________________________________________________________________________________________________________________________________
Hans Oosterkamp is senior adviseur bij BMC Advies en Management.
Geef een reactie