De rol van de Wmo-raad is veranderd. Gemeenten en Wmo-raden zijn constant op zoek naar het meest constructieve evenwicht voor hun samenwerking. “Het begint met signaleren.”
De afgelopen twee jaar is de Wmo geleidelijk veranderd van
een voorzieningenwet naar een participatiewet, ziet Karin Sok, van het
kennisprogramma Cliëntenparticipatie van MOVISIE. Meedoen is het sleutelwoord. Het
gevolg daarvan is dat Wmo-raden minder eenzijdig opkomen voor de belangen van
specifieke groepen. De formele adviesrol van Wmo-raden blijft echter nog steeds
belangrijk.
“Vanuit hun vroegere rol als belangenbehartiger hebben Wmo-raden
Nieuwe Stijl momenteel een bredere kijk op de zaak”, zegt Sok. “De nadruk ligt
ook meer op participatie. De leden kijken ook meer naar het algemene belang van
burgers.”
Participatiewet
De lokale overheid, en natuurlijk de inwoners, zijn volgens
Sok dan ook het beste af met Wmo-raden die bijdragen leveren vanuit hun
overkoepelende kijk op de zaak. “Er is behoefte aan verbreding, omdat het idee
van de Wmo als participatiewet steeds meer voorop komt te staan.” Dit stelt dan
meteen weer eisen aan de samenstelling van de teams die Wmo-raden vormen.
In de beginfase van Wmo-raden werd gedacht dat je
uiteenlopende mensen met uiteenlopende belangen bij elkaar kunt brengen en dat
het dan wel iets wordt en je zo meerwaarde kunt creëren, staat in de binnenkort
te verschijnen publicatie Wmo-raad Nieuwe Stijl? van MOVISIE. En dat is dus
niet zo. Teamontwikkeling speelt bij Wmo-raden ook een grote rol. Als een van
medewerkers aan deze publicatie heeft Sok gemerkt dat de raden steeds
professionelere teams vormen. Dit wel met het gevaar dat zij een half
bestuursorgaan worden.
Evenwicht
De Wmo-raden zijn op zoek naar het evenwicht tussen
professioneel handelen en als vrijwilligers met de voeten in de klei van
invloed zijn op het Wmo-beleid van gemeenten. De invloed is het doel. Waar
gemeenten graag zien dat Wmo-raden zorgen voor meer draagvlaak voor
beleidskeuzen gaan de raden liever eerder om de tafel om dit beleid deels te
bepalen. Is dat een goed idee, volgens Sok?
“Jawel. Vanuit hun signalerende rol kunnen Wmo-raden een
goede invloed hebben. Ze kijken dan naar alle inwoners die vallen onder de Wmo,
maar weten ook welke specifieke groepen mogelijk in de knel komen door een
bepaalde beslissing.” Toch is het ook hier belangrijk te zoeken naar de juiste
balans. “De raden worden eerder betrokken, mondjesmaat. Dat gaat wel beter.
Toch is het belangrijk de grens te bewaken; niet medeverantwoordelijk te worden
voor het beleid.”
Wmo-raden zijn vooral de ogen en oren van de samenleving.
Het gaat om de meerwaarde van hun kennis, vindt Sok. Zij leveren vaak het
integrale beeld en dat is burgerparticipatie. Dat zijn volgens de kenner de
voordelen van deze teams. Maar hun bijdragen aan het draagvlak voor
beleidskeuzen dan? “Het is de vraag of dat een taak voor Wmo-raden is.
Eigenlijk is dat een taak voor de gemeente, voor het college en de raad.”
Taken
Sowieso moeten Wmo-raden kritisch zijn op hun takenpakket.
“Er komen steeds meer taken op ze af, maar het blijft vrijwilligerswerk.” Zeker
als de raden (moeten) fuseren met de contactpersonen voor gemeenten als het
gaat om de Wet werk en bijstand en de Wet sociale werkvoorziening wordt het
lidmaatschap waarschijnlijk een te grote klus. Dan moeten leden met leden van
andere Wmo-raden afstemmen wat ze gaan doen in verschillende gemeenten. “Er is
natuurlijk een grens. Mensen doen dit vaak naast hun werk. Daar moeten
gemeenten rekening mee houden. Stel de vraag: hoe ver kunnen we gaan?”
Lees verder:
Meer informatie over het
kennisprogramma Cliëntenparticipatie >>
Roelof Veenbaas says
Ik kan er geen touw aan vastknopen, dit stuk.
Wat betekent dat WMO als participatiewet? Wat als je niet kunt participeren?
“Minder eenzijdig opkomen voor de belangen van specifieke groepen” Wat bedoelt u? Hoe dan wel?
En als het allemaal zo ingewikkeld wordt als u stelt, hoe moeten de burgers om wie het gaat het dan nog snappen (even los van de WMO raad)?
“Algemeen belang van burgers” daar is de gemeenteraad toch voor?
Mensen die een beroep doen op de wmo zijn individuele gevallen met een individueel verzoek om steun, hoezo “algemeen belang van burgers”!
De staatssecretaris zei nu juist dat de gemeenten dichter bij de burgers staan, ik proef dat niet uit de tendens van dit artikel, voor zover ik het snap dan uiteraard.
WMO-raden zijn niet bedoeld als vervanging voor de (ambtelijke) ogen en oren van de gemeente, hoe goed hun inbreng ook is!
Ik zou prijs stellen op minder verhullend taalgebruik en nu eens een duidelijke uitleg hoe gemeenten de taak, die zij door de landelijke overheid in de schoenen krijgen geschoven, gaan uitvoeren. Wat kunnen bijv. pgb-houders verwachten van de gemeente?