Minder kosten voor de uitvoering, een groter bewustzijn onder mantelzorgers en uitstel van het beroep op de AWBZ. Dat zijn belangrijke uitkomsten van de Benchmark Wmo 2010.
Aan het jaarlijkse onderzoek deden 170 gemeenten mee, vooral met inwonersaantallen tussen de 20.000 en
50.000. Volgens onderzoeksbureau SGBO is het op basis van dit aantal
moeilijk om representatieve uitspraken te doen over alle gemeenten. De
deelnemers zijn namelijk een selecte groep die zelf kozen voor deelname
aan de benchmark, het aantal gemeenten is relatief klein en qua grootte
niet gelijk gespreid over Nederland.
Zelf indiceren
De
uitvoeringskosten voor het verlenen van individuele voorzieningen
daalden in 2009 ten opzichte van 2008 met tien procent naar 17 euro per
inwoner. De daling is te verklaren door het vervallen van de
invoerings- en herindicatiekosten uit de beginperiode van de Wmo. Van
de benchmarkgemeenten indiceerde 67 procent de aanvragen voor de hulp
bij het huishouden zelf, voor de overige voorzieningen was 63 procent
van de gemeenten.
Hoe meer gemeenten zelf indiceren, des te lager de
uitvoeringskosten. Het aanvraagproces verloopt steeds efficiënter, wat
blijkt uit de daling van de doorlooptijden bij alle voorzieningen.
Bijna
een kwart van de gemeenten heeft geen zicht op het aantal
mantelzorgers. Wel zien steeds meer mantelzorgers zichzelf als zodanig:
in 2008 was dat 59 procent en in 2009 was 72 procent. De bekendheid met
het ondersteuningsaanbod onder mantelzorgers groeide naar 72 procent in
2009. Respijtzorg vormt hierop een uitzondering. Bij veel gemeenten is
het aanbod hiervoor onbekend, de helft heeft geen zicht op het aantal
beschikbare plaatsen.
Langer zelfstandig
Cliënten
van individuele voorzieningen hebben baat bij dit aanbod, zo blijkt. 81
Procent van hen vindt dat de ondersteuning ‘redelijk’ of ‘zeer veel’
bijdraagt aan de mogelijkheid om zelfstandig te wonen. Daarmee helpt de
Wmo, aldus SGBO, mee aan het uitstellen van duurdere AWBZ-zorg.
Gemeenten ervaren de Wmo en AWBZ evenwel niet als communicerende vaten:
65 procent van hen heeft geen zicht op de wachtlijsten voor intramurale
zorg. De onderzoekers tekenen hierbij aan dat de wetgever langer thuis
wonen nog als een keuze ziet en niet als een noodzaak vanwege eventuele
wachtlijsten bij zorginstellingen.
Geef een reactie